Sla in aanwezigheid van de mannen die je vergezellen de kruik stuk en zeg tegen hen:
Dit zegt de HEER van de hemelse machten:
Zo zal Ik dit volk en deze stad stukslaan. Zoals iemand een kruik aan stukken slaat, zo zal Ik Tofet treffen – onherstelbaar. Omdat er nergens anders plaats meer is, zullen ze hun doden zelfs in dit dal begraven. En met de stad en haar inwoners zal Ik hetzelfde doen – spreekt de HEER. De huizen van Jeruzalem en de paleizen van de koningen van Juda, ja alle huizen waar men op de daken wierook heeft gebrand voor het sterrenleger aan de hemel en wijnoffers heeft gebracht aan andere goden, worden zo onrein als Tofet.’
En Jeremia ging vanuit Tofet, waar de HEER hem naartoe gezonden had om te profeteren, naar de voorhof van de tempel en zei tegen de aanwezigen:
‘Dit zegt de HEER van de hemelse machten, de God van Israël:
Ik breng over deze stad en de omliggende steden al het onheil dat Ik aangekondigd heb, want de inwoners weigeren hardnekkig naar Mijn waarschuwingen te luisteren.’