Ik maak van jou een scherpe dorsslede, een nieuwe slede met dubbele sneden. Bergen zul je dorsen en vermalen, van heuvels laat je niets over dan kaf. Je zult ze wannen, en de wind neemt ze op, de stormwind jaagt ze uiteen. Dan zul je juichen om de HEER, je om de Heilige van Israël gelukkig prijzen.

Armen en behoeftigen zoeken water – niets! Hun tong verdroogt van de dorst. Ik, de HEER, zal hun antwoord geven, Ik, de God van Israël, zal hen niet verlaten. Ik laat op kale heuvels rivieren ontspringen en bronnen in de valleien. In de woestijn laat Ik meren ontstaan, uit dorre grond borrelt water op. Ik plant in de woestijn ceder en acacia, mirte en olijf, en Ik laat in de wildernis den, kamperfoelie en cipres opschieten. Dan zullen zij zien en beseffen, begrijpen en erkennen dat de hand van de HEER dit heeft verricht, dat de Heilige van Israël dit alles schiep.

Voer jullie rechtsgeding, zegt de HEER, lever overtuigende bewijzen, zegt Jakobs Koning. Kom ermee voor den dag en vertel ons wat er gebeuren zal. Vertel ons over wat vroeger is gebeurd, zodat wij de afloop nu al kennen. Licht ons in over wat komen gaat, geef ons aanwijzingen over de toekomst, dan weten wij dat jullie goden zijn. Doe het, hetzij goed, hetzij slecht, zodat wij het met eigen ogen kunnen zien. Maar nee, jullie zijn minder dan niets en jullie daden hebben geen enkele waarde; verafschuwd wordt ieder die voor jullie kiest. In het noorden liet Ik iemand opstaan, en hij kwam, in het oosten, waar de zon rijst, riep hij Mijn naam. Hij vertrapt stadhouders als leem, zoals een pottenbakker de klei treedt. Wie heeft hem vanaf het begin aangekondigd, lang tevoren, zodat wij het wisten en nu kunnen zeggen:

‘Het is waar!’? Geen van jullie kondigde iets aan, geen van jullie lichtte ons in, niemand heeft een woord van jullie vernomen. Ik was de eerste die Sion verkondigde:

‘Kijk, daar zijn ze!’ Ik stuurde Jeruzalem een vreugdebode. Ik kijk om me heen, maar er is niemand, onder jullie zie Ik geen enkele raadgever, niet één die op Mijn vragen kan antwoorden. Jullie zijn allemaal even armzalig en nietig en jullie daden betekenen niets; wind en leegte zijn jullie beelden.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Jesaja 42:1-13 1

Jesaja 44:1-13 1

Jesaja 59:1-10 In de ban van het kwaad 1

Jesaja 30:12-22 Niet Egypte brengt bevrijding, maa...

Jesaja 54:11-17 Eerherstel voor Jeruzalem, de brui...

Jesaja 17:1-14 Onheil over Aram en Israël

Jesaja 3:1-12 Chaos in Jeruzalem en Juda 1

Jesaja 16:1-14

Jesaja 26:11-21 Redding en vrede voor het rechtvaa...

Jesaja 10:13-22 2

Jesaja 60:12-22 Het nieuwe Jeruzalem 2

Jesaja 57:12-21 2

Jesaja 19:16-25 De val van Egypte en zijn herstel ...

Jesaja 40:16-31 Troost voor Jeruzalem 2

Jesaja 38:12-22 Hizkia's ziekte en genezing 2

Jesaja 3:13-26 Chaos in Jeruzalem en Juda 2

Jesaja 9:12-20 De opgeheven hand van de HEER 2

Jesaja 66:1-11 Het oordeel van de HEER 1

Jesaja 53:1-12

Jesaja 22:13-25 Jeruzalems misplaatste zelfvertrou...

Jesaja 61:1-11 Profetie over de komende glorie

Jesaja 59:11-21 In de ban van het kwaad 2

Jesaja 65:13-25 De HEER zal goed én kwaad vergelde...

Jesaja 58:1-8 Vasten en sabbat 1

Jesaja 35:1-10 Bevrijding en terugkeer

Jesaja 10:23-34 3

Jesaja 2:1-9 De dag van de HEER 1

Jesaja 8:1-10 Onheil over een volk zonder vertrouw...

Jesaja 13:12-22 De ondergang van Babylonië 2

Jesaja 7:17-25 Het teken van Immanuel 2

Jesaja 56:1-12 Redding ook voor buitenstaanders

Jesaja 28:1-12 Oordeel over Jeruzalems slechte lei...

Jesaja 28:13-21 Oordeel over Jeruzalems slechte le...

Jesaja 45:14-25 2

Jesaja 12:1-6 Loflied

Jesaja 23:11-18 De ondergang van Tyrus en Sidon 2

Jesaja 43:15-28 2

Jesaja 26:1-10 Redding en vrede voor het rechtvaar...

Jesaja 44:24-28 3

Jesaja 20:1-6 Profetie over Egypte en Nubië

Jesaja 37:14-27 2

Jesaja 42:14-25 2

Jesaja 7:1-16 Het teken van Immanuel 1

Jesaja 34:11-17 Oordeel over Edom 2

Jesaja 14:1-10 1

Jesaja 45:1-13 1

Jesaja 64:1-11

Jesaja 31:1-9 Alleen de HEER beschermt en bevrijdt

Jesaja 49:11-20 2

Jesaja 1:18-31 Aanklacht tegen Israël en Jeruzalem...

Jesaja 9:1-11 De opgeheven hand van de HEER 1

Jesaja 52:1-15

Jesaja 10:1-12 1

Jesaja 49:21-26 3

Jesaja 30:23-33 Niet Egypte brengt bevrijding, maa...

Jesaja 14:23-32 3

Jesaja 51:12-23 Troost voor het volk: Jeruzalem vr...

Jesaja 8:11-23 Onheil over een volk zonder vertrou...

Jesaja 25:1-12 Danklied

Jesaja 63:11-19 De wraak van de HEER 2

Jesaja 43:1-14 1

Jesaja 24:14-23 Oordeel over de Aarde 2

Jesaja 32:11-20 Vrede waar gerechtigheid heerst 2

Jesaja 63:1-10 De wraak van de HEER 1

Jesaja 37:1-13 1

Jesaja 39:1-8

Jesaja 54:1-10 Eerherstel voor Jeruzalem, de bruid...

Jesaja 27:1-13

Jesaja 38:1-11 Hizkia's ziekte en genezing 1

Jesaja 62:1-12 Vreugde over Jeruzalem

0Shares