De Heer zegt:
Omdat dit volk Mij naar de mond praat, Mij slechts met de lippen dient, terwijl hun hart ver bij Mij vandaan is; omdat hun ontzag voor Mij louter plicht is, slechts aangeleerd en door mensen opgelegd – daarom zal Ik opnieuw wonderen verrichten voor dit volk, indrukwekkende wonderen en grootse daden. De wijsheid van wijzen zal hun dan niet baten, het verstand van verstandigen houdt zich verborgen. Wee degenen die hun ware bedoelingen diep verborgen houden voor de HEER; die alles doen in duisternis en zeggen:
‘Wie ziet ons? Wie weet wat wij doen?’ Jullie draaien de zaken om! Is de klei soms meer dan de pottenbakker? Kan het maaksel over zijn maker zeggen:
‘Hij heeft mij niet gemaakt’? Of het aardewerk over de pottenbakker:
‘Hij brengt er weinig van terecht’?
Nog slechts een korte tijd, dan zal de Libanon weer een boomgaard worden, een boomgaard die is als een woud. Op die dag zullen doven kunnen horen hoe uit een boek wordt voorgelezen, en blinden zullen met eigen ogen zien, bevrijd van duisternis en donkerheid. Dan zullen verdrukten de HEER weer loven, zwakken juichen om de Heilige van Israël. Want het is gedaan met de geweldenaar, voorbij met de spotter. Ieder die op onrecht zint, zal vergaan:
wie een ander valse beweringen ontlokt, wie de rechters in de poort wil verstrikken, wie het recht van de rechtvaardige schendt met loze beweringen. Daarom – dit zegt de HEER, die Abraham bevrijd heeft, over de nakomelingen van Jakob:
Jakob zal niet meer te schande staan, zijn gezicht niet meer van schaamte verbleken. Want wanneer zijn kinderen zien wat Ik in hun midden heb verricht, zullen zij eerbied hebben voor Mijn naam, de heiligheid erkennen van de Heilige van Jakob en de God van Israël vrezen. Ieder die verward was, zal inzicht verwerven, wie altijd klaagde, is vol begrip.