Voor mijn geliefde wil ik zingen het lied van mijn lief en zijn wijngaard. Mijn geliefde had een wijngaard, gelegen op vruchtbare grond. Hij bewerkte de grond, haalde de stenen eruit en plantte een edele druivensoort. Hij bouwde er een wachttoren, hakte ook een perskuip uit. Hij verwachtte veel van zijn wijngaard, maar die bracht slechts wrange druiven voort. Welnu, inwoners van Juda en Jeruzalem, spreek recht tussen mij en mijn wijngaard. Wat kon ik meer aan mijn wijngaard doen, wat heb ik te weinig gedaan? Ik verwachtte zo veel van mijn wijngaard, waarom bracht hij slechts wrange druiven voort? Luister, ik zal jullie vertellen wat ik met mijn wijngaard ga doen:

Ik ruk de doornhaag uit en breek de muur af, zodat hij verbrand en vertrapt kan worden. Ik zal hem laten verwilderen, er wordt niet meer gesnoeid, niet meer gewied, dorens en distels schieten er op. De wolken zal ik opdragen geen regen op hem te laten vallen. Israël is de wijngaard van de HEER van de hemelse machten, de uitgelezen aanplant zijn de inwoners van Juda. Hij verwachtte recht, maar oogstte onrecht, Hij zocht rechtsbetrachting, maar vond rechtsverkrachting. Wee degenen die zich huis na huis toe-eigenen, die akker na akker samenvoegen, tot er voor niemand meer ruimte is en zij alleen het land bewonen. Ik hoor de HEER van de hemelse machten zweren:

‘Al die huizen zullen tot puin vervallen, zelfs de grootste en mooiste worden niet meer bewoond. Een uitgestrekte wijngaard levert amper wijn op, een berg zaaigoed maar één zak graan.’ Wee degenen die ’s ochtends in alle vroegte naarstig op zoek gaan naar drank, die zich tot diep in de nacht door wijn laten benevelen. Bij al hun drinkgelagen klinkt muziek van lier en tamboerijn, van trommel en fluit. Maar voor de daden van de HEER hebben zij geen oog, wat Hij tot stand brengt zien ze niet. Daarom gaat mijn volk in ballingschap, zonder in te zien waarom. Hun edelen komen om van de honger, de massa versmacht van dorst. Het dodenrijk opent zijn keel, het spert zijn muil wijd open. Daar verdwijnt de bloem der natie, verzinkt de massa, daar verstommen de druktemakers en feestvierders. Zij worden vernederd, ze moeten buigen, wie trots was, zal de ogen neerslaan.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Jesaja 52:1-15
Jesaja 63:11-19 De wraak van de HEER 2
Jesaja 43:15-28 2
Jesaja 60:12-22 Het nieuwe Jeruzalem 2
Jesaja 43:1-14 1
Jesaja 9:1-11 De opgeheven hand van de HEER 1
Jesaja 66:1-11 Het oordeel van de HEER 1
Jesaja 6:1-13 Jesaja geroepen
Jesaja 29:13-24 Redding voor Jeruzalem in het nauw...
Jesaja 42:14-25 2
Jesaja 23:11-18 De ondergang van Tyrus en Sidon 2
Jesaja 10:13-22 2
Jesaja 45:14-25 2
Jesaja 49:21-26 3
Jesaja 57:1-11 1
Jesaja 35:1-10 Bevrijding en terugkeer
Jesaja 42:1-13 1
Jesaja 20:1-6 Profetie over Egypte en Nubië
Jesaja 53:1-12
Jesaja 27:1-13
Jesaja 59:1-10 In de ban van het kwaad 1
Jesaja 64:1-11
Jesaja 22:1-12 Jeruzalems misplaatste zelfvertrouw...
Jesaja 54:1-10 Eerherstel voor Jeruzalem, de bruid...
Jesaja 61:1-11 Profetie over de komende glorie
Jesaja 33:1-12 Bevrijding van Jeruzalem 1
Jesaja 49:1-10 1
Jesaja 11:11-16 Vrede en gerechtigheid door de tel...
Jesaja 44:24-28 3
Jesaja 33:13-24 Bevrijding van Jeruzalem 2
Jesaja 46:1-13
Jesaja 24:1-13 Oordeel over de Aarde 1
Jesaja 13:12-22 De ondergang van Babylonië 2
Jesaja 45:1-13 1
Jesaja 9:12-20 De opgeheven hand van de HEER 2
Jesaja 2:10-22 De dag van de HEER 2
Jesaja 18:1-7 Profetie over Nubië
Jesaja 48:12-22 De dienaar van de HEER als bevrijd...
Jesaja 66:12-24 Het oordeel van de HEER 2
Jesaja 55:1-13 Een nieuw verbond
Jesaja 65:13-25 De HEER zal goed én kwaad vergelde...
Jesaja 65:1-12 De HEER zal goed én kwaad vergelden...
Jesaja 12:1-6 Loflied
Jesaja 2:1-9 De dag van de HEER 1
Jesaja 3:13-26 Chaos in Jeruzalem en Juda 2
Jesaja 5:16-30 Het lied van de wijngaard 2
Jesaja 41:1-14 Wie bepaalt de loop der dingen? 1
Jesaja 16:1-14
Jesaja 8:11-23 Onheil over een volk zonder vertrou...
Jesaja 40:16-31 Troost voor Jeruzalem 2
Jesaja 4:1-6
Jesaja 37:14-27 2
Jesaja 26:11-21 Redding en vrede voor het rechtvaa...
Jesaja 60:1-11 Het nieuwe Jeruzalem 1
Jesaja 47:1-7 Babel in het stof 1
Jesaja 32:11-20 Vrede waar gerechtigheid heerst 2
Jesaja 23:1-10 De ondergang van Tyrus en Sidon 1
Jesaja 14:23-32 3
Jesaja 26:1-10 Redding en vrede voor het rechtvaar...
Jesaja 29:1-12 Redding voor Jeruzalem in het nauw ...
Jesaja 31:1-9 Alleen de HEER beschermt en bevrijdt
Jesaja 63:1-10 De wraak van de HEER 1
Jesaja 13:1-11 De ondergang van Babylonië 1
Jesaja 17:1-14 Onheil over Aram en Israël
Jesaja 44:1-13 1
Jesaja 51:1-11 Troost voor het volk: Jeruzalem vri...
Jesaja 1:1-17 Aanklacht tegen Israël en Jeruzalem ...
Jesaja 54:11-17 Eerherstel voor Jeruzalem, de brui...
Jesaja 19:16-25 De val van Egypte en zijn herstel ...
Jesaja 38:12-22 Hizkia's ziekte en genezing 2
0Shares