De HEER verwoest de aarde en slaat haar kaal, Hij ontwricht haar en verstrooit haar bewoners. Priester en volk treft hetzelfde lot, meester en slaaf, meesteres en slavin, verkoper en koper, wie te leen krijgt en wie te leen geeft, schuldenaar en schuldeiser. De aarde wordt geheel verwoest en volkomen leeggeplunderd – want de HEER heeft aldus gesproken. De aarde treurt en verwelkt, de wereld verwelkt en kwijnt weg. Ook de groten der aarde kwijnen weg. De aarde is door haar bewoners ontheiligd:

zij hebben de voorschriften overtreden, zijn aan de wetten voorbijgegaan en hebben het eeuwig verbond verbroken. Daarom verslindt een vloek de aarde en moeten haar bewoners boeten; daarom wordt hun aantal zo klein en blijven er nog weinig mensen over. De wijn is verdroogd, de wijnstok kwijnt weg. De vrolijke feestvierders zuchten. De roffelende trommels zwijgen, het feestgedruis sterft weg, de jubelende lier verstomt. Men drinkt de wijn zonder lied, de drank smaakt de drinker bitter. De stad is één grote woestenij, de toegang tot ieder huis is versperd. Op straat wordt luid gejammerd om de wijnoogst. Alle blijdschap is gesmoord, de vreugde van de aardbodem verdwenen. Wat van de stad rest, is verwoesting, troosteloos is de vernielde poort. Het zal de aarde en al haar volken vergaan als bij het leegschudden van een olijfboom, als bij het nalezen van een wijngaard.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Jesaja 38:1-11 Hizkia's ziekte en genezing 1

Jesaja 59:1-10 In de ban van het kwaad 1

Jesaja 64:1-11

Jesaja 15:1-9 De ondergang van Moab

Jesaja 57:12-21 2

Jesaja 28:1-12 Oordeel over Jeruzalems slechte lei...

Jesaja 36:12-22 Jeruzalem door Sanherib bedreigd 2

Jesaja 33:1-12 Bevrijding van Jeruzalem 1

Jesaja 58:9-14 Vasten en sabbat 2

Jesaja 10:1-12 1

Jesaja 3:1-12 Chaos in Jeruzalem en Juda 1

Jesaja 25:1-12 Danklied

Jesaja 24:14-23 Oordeel over de Aarde 2

Jesaja 31:1-9 Alleen de HEER beschermt en bevrijdt

Jesaja 30:1-11 Niet Egypte brengt bevrijding, maar...

Jesaja 34:11-17 Oordeel over Edom 2

Jesaja 42:1-13 1

Jesaja 17:1-14 Onheil over Aram en Israël

Jesaja 52:1-15

Jesaja 16:1-14

Jesaja 26:1-10 Redding en vrede voor het rechtvaar...

Jesaja 5:16-30 Het lied van de wijngaard 2

Jesaja 42:14-25 2

Jesaja 28:13-21 Oordeel over Jeruzalems slechte le...

Jesaja 14:11-22 2

Jesaja 10:13-22 2

Jesaja 11:1-10 Vrede en gerechtigheid door de telg...

Jesaja 54:11-17 Eerherstel voor Jeruzalem, de brui...

Jesaja 38:12-22 Hizkia's ziekte en genezing 2

Jesaja 20:1-6 Profetie over Egypte en Nubië

Jesaja 19:1-15 De val van Egypte en zijn herstel 1

Jesaja 29:1-12 Redding voor Jeruzalem in het nauw ...

Jesaja 45:1-13 1

Jesaja 48:1-11 De dienaar van de HEER als bevrijde...

Jesaja 36:1-11 Jeruzalem door Sanherib bedreigd 1

Jesaja 14:1-10 1

Jesaja 65:1-12 De HEER zal goed én kwaad vergelden...

Jesaja 51:12-23 Troost voor het volk: Jeruzalem vr...

Jesaja 8:1-10 Onheil over een volk zonder vertrouw...

Jesaja 22:1-12 Jeruzalems misplaatste zelfvertrouw...

Jesaja 65:13-25 De HEER zal goed én kwaad vergelde...

Jesaja 23:11-18 De ondergang van Tyrus en Sidon 2

Jesaja 2:10-22 De dag van de HEER 2

Jesaja 41:15-29 Wie bepaalt de loop der dingen? 2

Jesaja 54:1-10 Eerherstel voor Jeruzalem, de bruid...

Jesaja 46:1-13

Jesaja 7:17-25 Het teken van Immanuel 2

Jesaja 32:1-10 Vrede waar gerechtigheid heerst 1

Jesaja 21:1-17 De val van Babel geopenbaard

Jesaja 13:12-22 De ondergang van Babylonië 2

Jesaja 8:11-23 Onheil over een volk zonder vertrou...

Jesaja 63:11-19 De wraak van de HEER 2

Jesaja 30:12-22 Niet Egypte brengt bevrijding, maa...

Jesaja 13:1-11 De ondergang van Babylonië 1

Jesaja 63:1-10 De wraak van de HEER 1

Jesaja 57:1-11 1

Jesaja 37:14-27 2

Jesaja 35:1-10 Bevrijding en terugkeer

Jesaja 58:1-8 Vasten en sabbat 1

Jesaja 50:1-11

Jesaja 44:24-28 3

Jesaja 49:1-10 1

Jesaja 47:8-15 Babel in het stof 2

Jesaja 37:28-38 3

Jesaja 49:11-20 2

Jesaja 1:18-31 Aanklacht tegen Israël en Jeruzalem...

Jesaja 3:13-26 Chaos in Jeruzalem en Juda 2

Jesaja 40:1-15 Troost voor Jeruzalem 1

Jesaja 55:1-13 Een nieuw verbond

Jesaja 27:1-13

0Shares