De HEER van de hemelse machten houdt het recht hoog, de heilige God toont zich heilig in Zijn gerechtigheid. De schapen zullen grazen als op hun eigen grond, rondzwerven tussen de puinhopen van de rijken. Wee degenen die de straf naar zich toe halen met de touwen van onrecht, en de zonde met de dissel van een wagen; die smalen:

‘Laat de HEER opschieten en Zijn werk afmaken. Wij willen het nu wel eens zien. Laat de Heilige van Israël komen met Zijn plan en het uitvoeren, zodat we het eindelijk weten.’ Wee degenen die het kwade goed noemen en het goede kwaad, die het licht tot duisternis maken en het duister tot licht, die van zoet bitter maken en van bitter zoet. Wee degenen die wijs zijn in eigen ogen, die naar eigen oordeel verstandig zijn. Wee degenen die helden zijn in het drinken, die dapper zijn als er wijn wordt geschonken, die voor een geschenk de schuldige gelijk geven en de rechtvaardige beroven van zijn recht. Daarom, zoals kaf door vuur wordt verteerd en dor gras in vlammen opgaat, zo zal hun wortel verrotten en hun bloesem verwaaien. Zij verwierpen het onderricht van de HEER van de hemelse machten, en verachtten de woorden van de Heilige van Israël. Daarom ontsteekt de HEER in woede tegen Zijn volk, Hij heft Zijn hand tegen hen op en slaat hen. De bergen beginnen te beven, de lijken liggen als vuil op straat. Maar nog is Zijn woede niet bekoeld, nog is Zijn hand tegen hen opgeheven. Hij steekt de strijdvaan op voor verre volken, Hij fluit ze bijeen van de uiteinden der aarde, en daar komen ze, in allerijl. Niemand die moe is, niemand die struikelt, geen man die dommelt of slaapt. Geen gordel zakt van de heupen, niet één sandaalriem breekt. De pijlen zijn gescherpt, de bogen gespannen. De paardenhoeven vonken als vuursteen, de wagenwielen draaien als een wervelwind. Hun krijgsgeschreeuw klinkt als het gebrul van een leeuwin, ze grommen als een jonge leeuw die zijn prooi grijpt en meesleurt, en niemand die redding kan bieden. Op die dag zal men dat grommen horen, het zal klinken als een bulderende zee. Waar men ook kijkt:

vijandige duisternis, de zon is door wolken in duister gehuld.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Jesaja 14:1-10 1

Jesaja 44:14-23 2

Jesaja 33:1-12 Bevrijding van Jeruzalem 1

Jesaja 46:1-13

Jesaja 20:1-6 Profetie over Egypte en Nubië

Jesaja 4:1-6

Jesaja 26:11-21 Redding en vrede voor het rechtvaa...

Jesaja 45:1-13 1

Jesaja 28:1-12 Oordeel over Jeruzalems slechte lei...

Jesaja 63:1-10 De wraak van de HEER 1

Jesaja 37:14-27 2

Jesaja 65:1-12 De HEER zal goed én kwaad vergelden...

Jesaja 41:15-29 Wie bepaalt de loop der dingen? 2

Jesaja 8:1-10 Onheil over een volk zonder vertrouw...

Jesaja 42:1-13 1

Jesaja 3:1-12 Chaos in Jeruzalem en Juda 1

Jesaja 64:1-11

Jesaja 48:12-22 De dienaar van de HEER als bevrijd...

Jesaja 9:1-11 De opgeheven hand van de HEER 1

Jesaja 38:1-11 Hizkia's ziekte en genezing 1

Jesaja 29:13-24 Redding voor Jeruzalem in het nauw...

Jesaja 19:1-15 De val van Egypte en zijn herstel 1

Jesaja 28:13-21 Oordeel over Jeruzalems slechte le...

Jesaja 37:28-38 3

Jesaja 33:13-24 Bevrijding van Jeruzalem 2

Jesaja 49:11-20 2

Jesaja 22:1-12 Jeruzalems misplaatste zelfvertrouw...

Jesaja 10:23-34 3

Jesaja 49:1-10 1

Jesaja 42:14-25 2

Jesaja 58:9-14 Vasten en sabbat 2

Jesaja 10:13-22 2

Jesaja 39:1-8

Jesaja 26:1-10 Redding en vrede voor het rechtvaar...

Jesaja 38:12-22 Hizkia's ziekte en genezing 2

Jesaja 13:12-22 De ondergang van Babylonië 2

Jesaja 18:1-7 Profetie over Nubië

Jesaja 1:18-31 Aanklacht tegen Israël en Jeruzalem...

Jesaja 65:13-25 De HEER zal goed én kwaad vergelde...

Jesaja 29:1-12 Redding voor Jeruzalem in het nauw ...

Jesaja 21:1-17 De val van Babel geopenbaard

Jesaja 56:1-12 Redding ook voor buitenstaanders

Jesaja 32:1-10 Vrede waar gerechtigheid heerst 1

Jesaja 7:1-16 Het teken van Immanuel 1

Jesaja 35:1-10 Bevrijding en terugkeer

Jesaja 59:11-21 In de ban van het kwaad 2

Jesaja 30:12-22 Niet Egypte brengt bevrijding, maa...

Jesaja 43:1-14 1

Jesaja 48:1-11 De dienaar van de HEER als bevrijde...

Jesaja 63:11-19 De wraak van de HEER 2

Jesaja 5:1-15 Het lied van de wijngaard 1

Jesaja 60:1-11 Het nieuwe Jeruzalem 1

Jesaja 16:1-14

Jesaja 34:11-17 Oordeel over Edom 2

Jesaja 2:1-9 De dag van de HEER 1

Jesaja 9:12-20 De opgeheven hand van de HEER 2

Jesaja 66:12-24 Het oordeel van de HEER 2

Jesaja 55:1-13 Een nieuw verbond

Jesaja 44:1-13 1

Jesaja 13:1-11 De ondergang van Babylonië 1

Jesaja 62:1-12 Vreugde over Jeruzalem

Jesaja 36:1-11 Jeruzalem door Sanherib bedreigd 1

Jesaja 11:1-10 Vrede en gerechtigheid door de telg...

Jesaja 44:24-28 3

Jesaja 6:1-13 Jesaja geroepen

Jesaja 40:16-31 Troost voor Jeruzalem 2

Jesaja 10:1-12 1

Jesaja 32:11-20 Vrede waar gerechtigheid heerst 2

Jesaja 3:13-26 Chaos in Jeruzalem en Juda 2

Jesaja 47:1-7 Babel in het stof 1

0Shares