Bied de koning van ons land een geschenk aan, stuur hem een ram, door de woestijn, vanuit Sela naar de Sion. Dan zullen de vrouwen van Moab vluchten naar waar men de Arnon oversteekt, opgejaagd als vogels, verdreven van hun nest. ‘Neem een besluit! Grijp in! Bescherm ons op het heetst van de dag met de schaduw van Uw nacht. Verberg de vluchteling, lever de ontheemde niet uit. Verleen Moabs vluchtelingen onderdak, wees onze toevlucht tegen de verwoester.’ Is de verdrukking ten einde gekomen en de verwoesting tot staan gebracht, is de tiran uit dit land verdreven, dan wordt in Davids huis een troon geplaatst, gegrondvest op liefde en trouw. Daar zetelt een rechter die recht zoekt, die ijvert voor gerechtigheid.

Wij weten hoe hoogmoedig Moab is – wat is het hooghartig. Wij kennen zijn zelfgenoegzaamheid, zijn eigendunk, zijn grenzeloze eigenwaan. Maar Moabs grootspraak stoelt op niets. Daarom is Moab nu vol zelfbeklag, zijn gejammer klinkt in het hele land. Het treurt in grote verslagenheid om de rozijnenkoeken van Kir-Chareset. De wijngaarden van Chesbon verkommeren, de wijnstokken van Sibma kwijnen weg; vreemde heersers hebben hun edele druiven vertrapt. Ooit reikten hun ranken tot Jazer, ze verdwaalden zelfs in de woestijn; woekerend reikten de ranken tot voorbij de Dode Zee. Dus zal Ik luid huilen om Jazer, weeklagen om de wijnstokken van Sibma. En jullie, Chesbon en Elale, zal Ik met Mijn tranen doordrenken:

voorbij zijn de vreugdekreten om je zomervruchten en je oogst. Dan zal de vreugdezang in de boomgaard verstommen, in de wijngaard wordt niet meer gejubeld of gejuicht, in de kuipen worden geen druiven meer getreden. Ik maak een einde aan alle vreugdekreten. Als een lier klaagt Mijn hart om Moab, Mijn binnenste weent om Kir-Cheres. Hoezeer Moab zich ook aftobt op zijn offerhoogten, hoe vaak het ook bijeenkomt om te bidden bij het heiligdom – het is alles tevergeefs.

Zo heeft de HEER destijds over Moab gesproken, en nu spreekt Hij als volgt:

In drie jaar tijd, gerekend naar de jaren van een dagloner, zal Moab ontluisterd worden, al zijn machtsvertoon ten spijt. Wat ervan overblijft zal pover en onbeduidend zijn.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Jesaja 59:1-10 In de ban van het kwaad 1
Jesaja 6:1-13 Jesaja geroepen
Jesaja 42:14-25 2
Jesaja 21:1-17 De val van Babel geopenbaard
Jesaja 50:1-11
Jesaja 63:1-10 De wraak van de HEER 1
Jesaja 29:13-24 Redding voor Jeruzalem in het nauw...
Jesaja 9:12-20 De opgeheven hand van de HEER 2
Jesaja 37:14-27 2
Jesaja 32:11-20 Vrede waar gerechtigheid heerst 2
Jesaja 19:16-25 De val van Egypte en zijn herstel ...
Jesaja 28:13-21 Oordeel over Jeruzalems slechte le...
Jesaja 51:1-11 Troost voor het volk: Jeruzalem vri...
Jesaja 7:1-16 Het teken van Immanuel 1
Jesaja 12:1-6 Loflied
Jesaja 24:14-23 Oordeel over de Aarde 2
Jesaja 25:1-12 Danklied
Jesaja 9:1-11 De opgeheven hand van de HEER 1
Jesaja 1:18-31 Aanklacht tegen Israël en Jeruzalem...
Jesaja 22:1-12 Jeruzalems misplaatste zelfvertrouw...
Jesaja 54:1-10 Eerherstel voor Jeruzalem, de bruid...
Jesaja 19:1-15 De val van Egypte en zijn herstel 1
Jesaja 34:11-17 Oordeel over Edom 2
Jesaja 2:10-22 De dag van de HEER 2
Jesaja 44:14-23 2
Jesaja 14:23-32 3
Jesaja 15:1-9 De ondergang van Moab
Jesaja 5:1-15 Het lied van de wijngaard 1
Jesaja 32:1-10 Vrede waar gerechtigheid heerst 1
Jesaja 26:1-10 Redding en vrede voor het rechtvaar...
Jesaja 2:1-9 De dag van de HEER 1
Jesaja 26:11-21 Redding en vrede voor het rechtvaa...
Jesaja 47:1-7 Babel in het stof 1
Jesaja 58:1-8 Vasten en sabbat 1
Jesaja 33:1-12 Bevrijding van Jeruzalem 1
Jesaja 38:12-22 Hizkia's ziekte en genezing 2
Jesaja 14:11-22 2
Jesaja 40:16-31 Troost voor Jeruzalem 2
Jesaja 45:1-13 1
Jesaja 18:1-7 Profetie over Nubië
Jesaja 48:12-22 De dienaar van de HEER als bevrijd...
Jesaja 3:1-12 Chaos in Jeruzalem en Juda 1
Jesaja 51:12-23 Troost voor het volk: Jeruzalem vr...
Jesaja 24:1-13 Oordeel over de Aarde 1
Jesaja 4:1-6
Jesaja 8:11-23 Onheil over een volk zonder vertrou...
Jesaja 7:17-25 Het teken van Immanuel 2
Jesaja 47:8-15 Babel in het stof 2
Jesaja 20:1-6 Profetie over Egypte en Nubië
Jesaja 56:1-12 Redding ook voor buitenstaanders
Jesaja 57:12-21 2
Jesaja 17:1-14 Onheil over Aram en Israël
Jesaja 49:21-26 3
Jesaja 44:1-13 1
Jesaja 43:1-14 1
Jesaja 36:1-11 Jeruzalem door Sanherib bedreigd 1
Jesaja 65:1-12 De HEER zal goed én kwaad vergelden...
Jesaja 59:11-21 In de ban van het kwaad 2
Jesaja 11:1-10 Vrede en gerechtigheid door de telg...
Jesaja 49:11-20 2
Jesaja 23:11-18 De ondergang van Tyrus en Sidon 2
Jesaja 27:1-13
Jesaja 48:1-11 De dienaar van de HEER als bevrijde...
Jesaja 22:13-25 Jeruzalems misplaatste zelfvertrou...
Jesaja 31:1-9 Alleen de HEER beschermt en bevrijdt
Jesaja 66:12-24 Het oordeel van de HEER 2
Jesaja 11:11-16 Vrede en gerechtigheid door de tel...
Jesaja 37:28-38 3
Jesaja 34:1-10 Oordeel over Edom 1
Jesaja 13:12-22 De ondergang van Babylonië 2
0Shares