Ze hebben voor mij een kuil gegraven, de hoogmoedigen die Uw wet niet erkennen. Elk van Uw geboden is betrouwbaar, maar leugens achtervolgen mij – kom mij te hulp!
Bijna was ik van de aarde verdwenen, toch heb ik Uw regels niet verlaten. Blijf mij trouw, laat mij leven, dan houd ik mij aan de richtlijn uit Uw mond.
HEER, voor eeuwig staat Uw woord in de hemel vast. Uw trouw duurt van geslacht op geslacht, U hebt de aarde gegrondvest en zij houdt stand. Naar Uw voorschriften blijven hemel en aarde bestaan, alles is aan U onderworpen.
Verheugde ik mij niet in Uw wet, ik zou vergaan van ellende. In eeuwigheid zal ik Uw regels niet vergeten, daardoor houdt U mij in leven.
Ik ben van U, red mij, want steeds zoek ik Uw regels. Zondaars zijn uit op mijn ondergang, maar Uw richtlijnen geven mij inzicht. Aan alles, hoe volmaakt ook, zag ik een einde, maar Uw gebod is grenzeloos ruim.
Hoe lief heb ik Uw wet, heel de dag is hij in mijn gedachten. Uw gebod maakt mij wijzer dan mijn vijanden, ik ben er eeuwig mee verbonden.