Aan de mensen die stonden te luisteren, vertelde Hij nog een gelijkenis, aangezien Hij nu dicht bij Jeruzalem was en zij dachten dat het koninkrijk van God nu spoedig zou aanbreken. Hij zei:
‘Een man van voorname afkomst ging op reis naar een ver land om het koningschap in ontvangst te nemen en dan terug te keren. Hij riep tien van zijn dienaren bij zich, gaf elk van hen honderd drachme en zei tegen hen:
“Ga daarmee handeldrijven terwijl ik weg ben.” Maar zijn landgenoten haatten hem en stuurden afgevaardigden achter hem aan met de boodschap:
“We willen niet dat die man koning over ons wordt!” Bij zijn terugkeer, toen hij het koningschap had ontvangen, liet hij de dienaren aan wie hij het geld had gegeven bij zich roepen om te vernemen wat ze met handeldrijven hadden verdiend. De eerste kwam en zei:
“Heer, uw geld heeft het tienvoudige opgeleverd.” Zijn meester zei:
“Voortreffelijk, je bent een goede dienaar. Omdat je betrouwbaar bent geweest in iets zeer gerings verleen ik je het bestuur over tien steden.” De tweede kwam zeggen:
“Uw geld, heer, heeft het vijfvoudige opgebracht.” Tegen hem zei hij:
“Jij krijgt het bestuur over vijf steden.”