Na deze gebeurtenissen vatte Paulus het plan op om eerst nog naar Macedonië en Achaje te reizen en vervolgens naar Jeruzalem te gaan. Hij verklaarde:
‘Als ik daar ben geweest, moet ik ook een bezoek aan Rome brengen.’ Hij zond twee van zijn medewerkers, Timoteüs en Erastus, naar Macedonië en bleef zelf nog enige tijd in Asia.