Het waren de wielen die ik eerder ‘het raderwerk’ had horen noemen. Iedere cherub had vier gezichten:

bij de eerste was het gezicht van een cherub te zien en bij de tweede dat van een mens, bij de derde de muil van een leeuw en bij de vierde de bek van een adelaar. De cherubs stegen op; het waren de wezens die ik bij het Kebarkanaal al had gezien. Als de cherubs zich bewogen, gingen de wielen met hen mee, en ook als ze hun vleugels uitspreidden om van de grond op te stijgen, bleven de wielen bij hen. Als de cherubs stilstonden, stonden ook de wielen stil, en als ze opstegen bleven de wielen bij hen, want een en dezelfde geest leidde de wezens en de wielen.

Toen ging de stralende verschijning van de HEER weg bij de tempelingang en kwam tot stilstand boven de cherubs. Ik zag dat ze hun vleugels spreidden, in beweging kwamen en van de grond opstegen met de wielen naast zich. Ze gingen bij de oostelijke poort van de tempel van de HEER staan, en de stralende verschijning van de God van Israël rustte op hen. Dit waren de wezens die ik al bij het Kebarkanaal had gezien, de wezens waar de God van Israël ook toen op rustte, en nu begreep ik dat het cherubs waren. Ze hadden elk vier gezichten en vier vleugels, en onder die vleugels was iets zichtbaar dat de vorm had van een mensenhand. Ook hun gezichten leken op de gezichten die ik bij het Kebarkanaal had gezien:

ze zagen er net zo uit, het waren dezelfde wezens. Ze bewogen zich steeds recht vooruit.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Ezechiël 43:1-11 De verschijning van de HEER keert...

Ezechiël 37:15-28 Eén God, één volk, één herder 2

Ezechiël 14:1-11 1

Ezechiël 16:14-27 Jeruzalems ontrouw 2

Ezechiël 26:1-11 Profetie over Tyrus 1

Ezechiël 43:21-27 De verschijning van de HEER keer...

Ezechiël 28:1-15 1

Ezechiël 5:10-17 2

Ezechiël 16:1-13 Jeruzalems ontrouw 1

Ezechiël 21:17-28 Het goddelijk zwaard 2

Ezechiël 21:1-16 Het goddelijk zwaard 1

Ezechiël 2:1-10

Ezechiël 15:1-8 Het hout van de wijnstok

Ezechiël 17:1-14 De adelaars en de wijnstok 1

Ezechiël 20:26-36 Israël opstandig en ontrouw 3

Ezechiël 3:18-27 2

Ezechiël 46:1-11 1

Ezechiël 39:15-29 2

Ezechiël 23:1-16 Ohola en Oholiba 1

Ezechiël 23:45-49 Ohola en Oholiba 4

Ezechiël 42:12-20 De ruimten voor de priesters 2

Ezechiël 36:26-38 3

Ezechiël 41:13-26 2

Ezechiël 8:1-11 Visioen in de tempel van Jeruzalem...

Ezechiël 23:31-44 Ohola en Oholiba 3

Ezechiël 21:29-37 Het goddelijk zwaard 3

Ezechiël 37:1-14 Een dal vol beenderen 1

Ezechiël 10:1-12 1

Ezechiël 22:1-17 Oordeel over Jeruzalem 1

Ezechiël 19:1-14 De leeuwin en de wijnstok

Ezechiël 20:1-12 Israël opstandig en ontrouw 1

Ezechiël 30:15-26 2

Ezechiël 4:11-17 2

Ezechiël 7:14-27 Het einde komt 2

Ezechiël 4:1-10 1

Ezechiël 36:1-12 1

Ezechiël 24:15-27 Een plotselinge slag 2

Ezechiël 9:1-11 1

Ezechiël 32:16-24 2

Ezechiël 25:10-17 Profetie tegen de volken die Isr...

Ezechiël 45:1-12 Verdeling van de grond 1

Ezechiël 30:1-14 1

Ezechiël 31:12-18 2

Ezechiël 11:14-25 2

Ezechiël 20:37-44 Israël opstandig en ontrouw 4

Ezechiël 38:13-23 Gogs leger vernietigd 2

Ezechiël 40:27-39 De nieuwe tempel 3

Ezechiël 14:12-23 Het lot van Jeruzalem 2

Ezechiël 33:22-33 Ieder mens naar zijn daden beoor...

Ezechiël 27:1-19 1

Ezechiël 1:1-14 Ezechiël geroepen 1

Ezechiël 47:1-12 De rivier uit de tempel 1

Ezechiël 12:1-10 Een teken voor het opstandige vol...

Ezechiël 36:13-25 2

Ezechiël 26:12-21 Profetie over Tyrus 2

Ezechiël 48:1-12 1

Ezechiël 16:41-51 Jeruzalems ontrouw 4

Ezechiël 13:1-13 1

Ezechiël 32:25-32 3

Ezechiël 23:17-30 Ohola en Oholiba 2

Ezechiël 42:1-11 De ruimten voor de priesters 1

Ezechiël 5:1-9 1

Ezechiël 34:1-10 De slechte herders en de goede he...

Ezechiël 22:18-31 Oordeel over Jeruzalem 2

Ezechiël 20:13-25 Israël opstandig en ontrouw 2

Ezechiël 46:12-24 2

Ezechiël 18:23-32 Wie rechtvaardig handelt, zal le...

Ezechiël 38:1-12 Gogs leger vernietigd 1

Ezechiël 6:11-14 Israël getroffen door het zwaard ...

Ezechiël 3:1-17 1

0Shares