Vreemde volken, de wreedste ter wereld, hakten hem om en smeten hem neer op de bergen, zijn takken vielen in de dalen, zijn twijgen werden gebroken en vulden de beddingen van de rivieren. Alle volken van de aarde trokken weg uit zijn schaduw en lieten hem liggen. De vogels van de hemel streken neer op zijn gevallen stam, en in zijn takken huisden de dieren van het veld. Geen boom, al heeft hij zijn wortels in het water, zal ooit nog zo hoog worden, geen kruin zal ooit nog de wolken raken. Geen boom zal zich meer boven de andere verheffen. Ze worden allemaal aan de dood prijsgegeven, ze verdwijnen in de onderwereld, waar ook de mensen zijn die in het graf zijn afgedaald.

Dit zegt God, de HEER:

Op de dag dat hij in het dodenrijk afdaalde bedekte Ik de oervloed met een rouwkleed, Ik hield de rivieren tegen en het vele water hield op te stromen. Om hem verduisterde Ik de Libanon, om hem versmachtten alle bomen op aarde van dorst. Toen Ik hem in het dodenrijk liet afdalen naar hen die zich al in het graf bevinden, beefden alle volken bij het geluid van zijn val. Maar in de onderwereld voelden de bomen van Eden zich getroost, de mooiste van de Libanon, alle waterdrinkers. Ook zij waren naar het dodenrijk afgedaald, naar hen die door het zwaard waren geveld:

zijn bondgenoten, alle volken die in zijn schaduw hadden gewoond.

Wie is er aan jou gelijk, wie van de bomen in Eden is zo mooi en zo groot als jij? En toch word jij geveld, net als de bomen van Eden, en naar de onderwereld gebracht; daar zul je liggen te midden van de onbesnedenen, naast hen die door het zwaard zijn gevallen. Zo zal het de farao en heel zijn volk vergaan – spreekt God, de HEER.”’

Loading

Lees ook deze Berichten:

Ezechiël 15:1-8 Het hout van de wijnstok
Ezechiël 31:1-11 1
Ezechiël 1:1-14 Ezechiël geroepen 1
Ezechiël 11:14-25 2
Ezechiël 26:1-11 Profetie over Tyrus 1
Ezechiël 42:12-20 De ruimten voor de priesters 2
Ezechiël 7:1-13 Het einde komt 1
Ezechiël 46:12-24 2
Ezechiël 24:15-27 Een plotselinge slag 2
Ezechiël 45:13-25 Verdeling van de grond 2
Ezechiël 40:27-39 De nieuwe tempel 3
Ezechiël 20:37-44 Israël opstandig en ontrouw 4
Ezechiël 23:1-16 Ohola en Oholiba 1
Ezechiël 14:1-11 1
Ezechiël 37:15-28 Eén God, één volk, één herder 2
Ezechiël 44:1-10 Toegang tot de tempel 1
Ezechiël 48:23-35 3
Ezechiël 23:31-44 Ohola en Oholiba 3
Ezechiël 30:15-26 2
Ezechiël 34:1-10 De slechte herders en de goede he...
Ezechiël 9:1-11 1
Ezechiël 48:1-12 1
Ezechiël 41:1-12 1
Ezechiël 39:1-14 1
Ezechiël 19:1-14 De leeuwin en de wijnstok
Ezechiël 46:1-11 1
Ezechiël 20:1-12 Israël opstandig en ontrouw 1
Ezechiël 40:1-12 De nieuwe tempel 1
Ezechiël 24:1-14 De kookpot 1
Ezechiël 43:21-27 De verschijning van de HEER keer...
Ezechiël 26:12-21 Profetie over Tyrus 2
Ezechiël 25:1-9 Profetie tegen de volken die Israë...
Ezechiël 32:1-15 1
Ezechiël 17:1-14 De adelaars en de wijnstok 1
Ezechiël 22:1-17 Oordeel over Jeruzalem 1
Ezechiël 18:23-32 Wie rechtvaardig handelt, zal le...
Ezechiël 33:22-33 Ieder mens naar zijn daden beoor...
Ezechiël 28:16-26 2
Ezechiël 5:10-17 2
Ezechiël 47:13-23 De grenzen van het land 2
Ezechiël 43:1-11 De verschijning van de HEER keert...
Ezechiël 12:11-19 Een teken voor het opstandige vo...
Ezechiël 12:1-10 Een teken voor het opstandige vol...
Ezechiël 23:17-30 Ohola en Oholiba 2
Ezechiël 16:1-13 Jeruzalems ontrouw 1
Ezechiël 10:1-12 1
Ezechiël 27:1-19 1
Ezechiël 20:13-25 Israël opstandig en ontrouw 2
Ezechiël 25:10-17 Profetie tegen de volken die Isr...
Ezechiël 17:15-24 De adelaars en de wijnstok 2
Ezechiël 36:13-25 2
Ezechiël 16:14-27 Jeruzalems ontrouw 2
Ezechiël 30:1-14 1
Ezechiël 40:40-49 De nieuwe tempel 4
Ezechiël 45:1-12 Verdeling van de grond 1
Ezechiël 4:11-17 2
Ezechiël 4:1-10 1
Ezechiël 48:13-22 2
Ezechiël 32:25-32 3
Ezechiël 39:15-29 2
Ezechiël 28:1-15 1
Ezechiël 37:1-14 Een dal vol beenderen 1
Ezechiël 44:20-31 Toegang tot de tempel 3
Ezechiël 7:14-27 Het einde komt 2
Ezechiël 44:11-19 Toegang tot de tempel 2
Ezechiël 34:21-31 De slechte herders en de goede h...
Ezechiël 16:41-51 Jeruzalems ontrouw 4
Ezechiël 13:14-23 2
Ezechiël 21:1-16 Het goddelijk zwaard 1
Ezechiël 33:12-21 Ieder mens naar zijn daden beoor...
0Shares