Ze moeten in Mijn heiligdom dienst doen als poortwachters en tempeldienaren. Ze moeten voor het volk de brandoffers en de vredeoffers slachten, en ze moeten klaarstaan om het te dienen. Omdat ze de Israëlieten gediend hebben bij hun afgoderij, en hen zo verleidden tot de zonde die hen ten val bracht, zweer Ik – spreekt God, de HEER – dat zij hun straf niet zullen ontlopen. Ze mogen niet in Mijn nabijheid komen om Mij als priester te dienen, ze mogen bij geen van Mijn heilige of allerheiligste voorwerpen komen. Ze zullen de schande moeten dragen van de wandaden die ze bedreven hebben. Ik zal hen aanstellen om zorg te dragen voor de tempel, en daar alle werkzaamheden te verrichten.

De Levitische priesters.

Maar de Levitische priesters, de nakomelingen van Sadok, die zorg droegen voor Mijn heiligdom toen de Israëlieten zich van Mij afkeerden, mogen in Mijn nabijheid komen om Mij te dienen; zij mogen voor Mij klaarstaan om Mij vet en bloed aan te bieden – spreekt God, de HEER. Ze mogen in Mijn heiligdom komen en dienst doen bij Mijn tafel; ze moeten Mij trouw dienen.

Wanneer ze de poorten van de binnenhof in gaan moeten ze linnen kleren aantrekken; ze mogen geen wol dragen wanneer ze dienst doen binnen de poorten van de binnenhof of in de tempel. Ze moeten linnen tulbanden dragen en linnen broeken, ze mogen niets aanhebben waarvan men gaat zweten. En wanneer ze weer naar de buitenhof gaan, de hof van het volk, moeten ze de kleren waarin ze dienst hebben gedaan uittrekken en in de heilige zijhallen leggen. Ze moeten andere kleren aantrekken, waarmee ze het volk niet heilig maken.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Ezechiël 17:15-24 De adelaars en de wijnstok 2

Ezechiël 42:1-11 De ruimten voor de priesters 1

Ezechiël 32:25-32 3

Ezechiël 37:1-14 Een dal vol beenderen 1

Ezechiël 43:21-27 De verschijning van de HEER keer...

Ezechiël 15:1-8 Het hout van de wijnstok

Ezechiël 12:11-19 Een teken voor het opstandige vo...

Ezechiël 39:15-29 2

Ezechiël 34:11-20 De slechte herders en de goede h...

Ezechiël 38:13-23 Gogs leger vernietigd 2

Ezechiël 26:12-21 Profetie over Tyrus 2

Ezechiël 40:40-49 De nieuwe tempel 4

Ezechiël 34:1-10 De slechte herders en de goede he...

Ezechiël 21:29-37 Het goddelijk zwaard 3

Ezechiël 4:1-10 1

Ezechiël 16:14-27 Jeruzalems ontrouw 2

Ezechiël 6:11-14 Israël getroffen door het zwaard ...

Ezechiël 11:1-13 1

Ezechiël 6:1-10 Israël getroffen door het zwaard 1

Ezechiël 23:1-16 Ohola en Oholiba 1

Ezechiël 23:45-49 Ohola en Oholiba 4

Ezechiël 1:15-28 Ezechiël geroepen 2

Ezechiël 29:1-12 Profetie tegen Egypte 1

Ezechiël 21:17-28 Het goddelijk zwaard 2

Ezechiël 18:1-13 Wie rechtvaardig handelt, zal lev...

Ezechiël 37:15-28 Eén God, één volk, één herder 2

Ezechiël 13:1-13 1

Ezechiël 30:15-26 2

Ezechiël 43:12-20 De verschijning van de HEER keer...

Ezechiël 7:14-27 Het einde komt 2

Ezechiël 45:1-12 Verdeling van de grond 1

Ezechiël 46:12-24 2

Ezechiël 33:12-21 Ieder mens naar zijn daden beoor...

Ezechiël 33:22-33 Ieder mens naar zijn daden beoor...

Ezechiël 22:18-31 Oordeel over Jeruzalem 2

Ezechiël 41:13-26 2

Ezechiël 45:13-25 Verdeling van de grond 2

Ezechiël 36:26-38 3

Ezechiël 3:1-17 1

Ezechiël 41:1-12 1

Ezechiël 23:31-44 Ohola en Oholiba 3

Ezechiël 20:26-36 Israël opstandig en ontrouw 3

Ezechiël 48:1-12 1

Ezechiël 16:1-13 Jeruzalems ontrouw 1

Ezechiël 1:1-14 Ezechiël geroepen 1

Ezechiël 30:1-14 1

Ezechiël 40:13-26 De nieuwe tempel 2

Ezechiël 20:1-12 Israël opstandig en ontrouw 1

Ezechiël 24:15-27 Een plotselinge slag 2

Ezechiël 5:10-17 2

Ezechiël 32:1-15 1

Ezechiël 40:1-12 De nieuwe tempel 1

Ezechiël 22:1-17 Oordeel over Jeruzalem 1

Ezechiël 20:37-44 Israël opstandig en ontrouw 4

Ezechiël 47:13-23 De grenzen van het land 2

Ezechiël 38:1-12 Gogs leger vernietigd 1

Ezechiël 13:14-23 2

Ezechiël 4:11-17 2

Ezechiël 27:1-19 1

Ezechiël 39:1-14 1

Ezechiël 32:16-24 2

Ezechiël 25:1-9 Profetie tegen de volken die Israë...

Ezechiël 23:17-30 Ohola en Oholiba 2

Ezechiël 17:1-14 De adelaars en de wijnstok 1

Ezechiël 44:1-10 Toegang tot de tempel 1

Ezechiël 36:13-25 2

Ezechiël 28:1-15 1

Ezechiël 3:18-27 2

Ezechiël 31:12-18 2

Ezechiël 7:1-13 Het einde komt 1

0Shares