Beter een stuk droog brood en vrede dan een huis vol met voedsel en ruzie.
Een verstandige slaaf verdrijft een onwaardige zoon, hij deelt samen met de broers in de erfenis.
De smeltkroes toetst het zilver, de oven toetst het goud, de HEER toetst het hart.
Een boosdoener is gespitst op kwaadaardige woorden, een bedrieger luistert graag naar verderfelijke taal.
Wie een verschoppeling bespot, beledigt zijn schepper, wie zich over iemands ongeluk verheugt, blijft niet ongestraft.
Kleinkinderen zijn voor grootouders de kroon op hun leven, kinderen zijn trots op hun voorouders.
Verheven woorden passen niet bij een dwaas, leugens des te minder bij een edel mens.
Wie steekpenningen uitdeelt, denkt edelstenen uit te delen, zo hoopt hij overal succes te hebben.
Wie vriendschap zoekt, dekt fouten toe, wie ze telkens oprakelt, verliest zijn vrienden.
Een verstandig mens wordt meer geraakt door een verwijt dan een dwaas door honderd slagen.
Een kwaadaardig mens is alleen op ruzie uit, er wordt een onheilsbode op hem afgestuurd.
Beter dat je een berin ontmoet die beroofd is van haar jongen dan een dwaas met al zijn dwaasheid.
Als je telkens goed met kwaad vergeldt, verdwijnt het kwaad nooit uit je huis.
Wie een ruzie begint, ontketent een stortvloed; staak de strijd voordat hij losbarst.
Wie een goddeloze vrijspreekt en wie een rechtvaardige beschuldigt, beiden zijn de HEER een gruwel.
Welk nut heeft geld in de hand van een dwaas? Dom als hij is, kan hij toch geen wijsheid kopen.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Spreuken 14:1-16 1

Spreuken 6:20-35 Laat je niet in met de vrouw van ...

Spreuken 13:1-16 1

Spreuken 8:1-21 1

Spreuken 27:1-16 1

Spreuken 12:1-15 1

Spreuken 26:17-28 2

Spreuken 29:1-16 1

Spreuken 6:1-19 Waarschuwingen wijzen de weg door ...

Spreuken 23:19-35 2

Spreuken 28:1-15 1

Spreuken 1:20-33 Oproep van Wijsheid

Spreuken 19:17-29 2

Spreuken 30:15-33 Getalsspreuken

Spreuken 16:17-33 2

Spreuken 10:1-15 Spreuken van Salomo 1

Spreuken 14:17-35 2

Spreuken 30:1-14 De uitspraken van Agur 1

Spreuken 26:1-16 1

Spreuken 22:1-16

Spreuken 4:1-14 Laat je beschermen door de wijshei...

Spreuken 15:1-16 1

Spreuken 24:17-34 2

Spreuken 18:1-16 1

Spreuken 2:1-22 Wijsheid komt van de HEER

Spreuken 7:16-27 2

Spreuken 17:17-28 2

Spreuken 3:1-17 Heb ontzag voor de HEER 1

Spreuken 19:1-16 1

Spreuken 11:16-31 2

Spreuken 31:10-31 Loflied op de sterke vrouw

Spreuken 10:16-32 Spreuken van Salomo 2

Spreuken 5:1-23 Mijd lichtzinnige vrouwen

Spreuken 25:1-14 Andere spreuken van Salomo 1

Spreuken 16:1-16 1

Spreuken 13:17-25 2

Spreuken 9:1-18 Wijsheid en Dwaasheid

Spreuken 23:1-18 1

Spreuken 20:1-16 1

Spreuken 7:1-15 1

Spreuken 22:17-29 Spreuken van wijzen

Spreuken 18:17-24 2

Spreuken 27:17-27 2

Spreuken 29:17-27 2

Spreuken 24:1-16 1

Spreuken 20:17-30 2

Spreuken 25:15-28 Andere spreuken van Salomo 2

Spreuken 11:1-15 1

Spreuken 12:16-28 2

Spreuken 21:1-15 1

Spreuken 28:16-28 2

Spreuken 1:8-19 Hoed je voor slecht gezelschap

Spreuken 4:15-27 Laat je beschermen door de wijshe...

Spreuken 3:18-35 Heb ontzag voor de HEER 2

Spreuken 15:17-33 2

Spreuken 8:22-36 2

Spreuken 31:1-9 Raadgevingen voor koning Lemuël

Spreuken 21:16-31 2

0Shares