Page 14 of 19
1 12 13 14 15 16 19

Psalmen 109:1-16 Voor de koorleider. Van David, een psalm 1

God, die ik loof, blijf niet zwijgen, want vijandig en bedrieglijk is de mond van hen die mij beschuldigen, hun tong spreekt niets dan leugens, ze bestoken mij met woorden van haat, zonder reden bestrijden ze mij. Ik bid voor hen, maar mijn liefde roept vijandschap op, ze vergelden goed met kwaad, woorden van haat zijn de dank voor mijn liefde: ‘Wijs een gewetenloos man aan die hem aanklaagt bij de rechter. Dat hij schuldig wordt bevonden en dat zijn gebed God niet bereikt.

0Shares
Lees meer ...

Psalmen 109:17-31 Voor de koorleider. Van David, een psalm 2

Dat de vloek die hij liefhad hem treft, de zegen die hij een ander misgunde hem nooit ten deel zal vallen. Dat de vloek hem als een mantel omhult, zijn lichaam vult als water, zijn gebeente doordringt als olie. Dat de vloek als het kleed is dat hij draagt, als de gordel die hij dagelijks omheeft!’ Laat zó de HEER mijn aanklagers straffen, hen die zelf over mij dit kwaad afroepen. Maar U, HEER, mijn God, doe voor mij wat tot eer van Uw naam is:

0Shares
Lees meer ...

Psalmen 111:1-10 Halleluja!

Ik wil de HEER loven met heel mijn hart in de grote kring van oprechten. Machtig zijn de werken van de HEER, wie ze liefheeft, onderzoekt ze. Zijn daden hebben glans en glorie, Zijn rechtvaardigheid houdt stand, voor altijd. Hij stelde een gedenkdag in voor Zijn wonderen, genadig en liefdevol is de HEER.

0Shares
Lees meer ...

Psalmen 115:1-18

Niet ons, HEER, niet ons, geef Uw naam alle eer, om Uw liefde, Uw trouw.  Waarom zeggen de volken: ‘Waar is die God van hen?’ Onze God is in de hemel, Hij doet wat Hem behaagt. Hun goden zijn van zilver en goud, gemaakt door mensenhanden. Ze hebben een mond, maar kunnen niet spreken, ze hebben ogen, maar kunnen niet zien, ze hebben oren, maar kunnen niet horen, ze hebben een neus, maar kunnen niet ruiken.

0Shares
Lees meer ...

Psalmen 116:1-19

De HEER heb ik lief, Hij hoort mijn stem, mijn smeken, Hij luistert naar mij, ik roep Hem aan, mijn leven lang. Banden van de dood omknelden mij, angsten van het dodenrijk grepen mij aan, ik voelde angst en pijn. Toen riep ik de naam van de HEER: ‘HEER, red toch mijn leven!’ De HEER is genadig en rechtvaardig, onze God is een God van ontferming, de HEER beschermt de eenvoudigen, machteloos was ik en Hij heeft mij bevrijd.

0Shares
Lees meer ...
Page 14 of 19
1 12 13 14 15 16 19