In die tijd stuurde koning Merodach-Baladan van Babylonië, de zoon van Baladan, die had vernomen dat Hizkia ziek was geweest en weer hersteld was, gezanten met brieven en een geschenk naar hem toe. Hizkia ontving hen hartelijk en liet hun zijn schatkamers zien: het zilver, het goud, het reukwerk, de kostbare oliën, en ook zijn hele arsenaal en alles wat zich in zijn magazijnen bevond. Er was niets in zijn paleis of in zijn rijk dat Hizkia hun niet liet zien.
Lees meer ...Jesaja 40:1-15 Troost voor Jeruzalem 1
Troost, troost Mijn volk, zegt jullie God. Spreek Jeruzalem moed in, maak haar bekend dat haar slavendienst voorbij is, dat haar schuld is voldaan, omdat zij een dubbele straf voor haar zonden uit de hand van de HEER heeft ontvangen. Hoor, een stem roept: ‘Baan voor de HEER een weg door de woestijn, effen in de wildernis een pad voor onze God. Laat elke vallei verhoogd worden en elke berg en heuvel verlaagd, laat ruig land vlak worden en rotsige hellingen rustige dalen. De luister van de HEER zal zich openbaren voor het oog van al wat leeft. De HEER heeft gesproken!’
Lees meer ...Jesaja 40:16-31 Troost voor Jeruzalem 2
Zelfs de Libanon levert te weinig hout, te weinig wild voor een brandoffer. De volken betekenen niets in Zijn ogen, voor Hem zijn ze minder dan niets. Met wie wil je God vergelijken, hoe is Hij uit te beelden? Met een godenbeeld misschien? Dat is door een ambachtsman gemaakt, door een edelsmid overtrokken met goud en zilverbeslag. Met een beeld, opgericht op een bergtop? Dat is maar een stuk hout dat niet vermolmt, met zorg gekozen door een vakman, die een godenbeeld wil maken dat niet omvalt. Weet je het niet? Heb je het niet gehoord? Is het je niet van meet af aan verteld?
Lees meer ...Jesaja 41:1-14 Wie bepaalt de loop der dingen? 1
Zwijg en hoor Mij aan, eilanden: Onder de naties zullen nieuwe krachten opkomen. Laat ze naderbij komen, laat ze spreken. Ik wil een rechtsgeding met ze aangaan. Wie liet in het oosten de overwinning dagen, wie heeft de bevrijder laten opstaan? Wie levert volken aan Hem uit en onderwerpt koningen aan Hem? Zijn zwaard maakt hen tot stof, Zijn boog laat hen als kaf verwaaien; Hij achtervolgt hen en trekt ongehinderd verder, Zijn voeten raken nauwelijks de grond. Wie heeft dat tot stand gebracht? Wie roept de generaties vanaf het begin? Ik, de HEER, Ik was de eerste en ook bij de laatsten zal Ik zijn.
Lees meer ...Jesaja 41:15-29 Wie bepaalt de loop der dingen? 2
Ik maak van jou een scherpe dorsslede, een nieuwe slede met dubbele sneden. Bergen zul je dorsen en vermalen, van heuvels laat je niets over dan kaf. Je zult ze wannen, en de wind neemt ze op, de stormwind jaagt ze uiteen. Dan zul je juichen om de HEER, je om de Heilige van Israël gelukkig prijzen. Armen en behoeftigen zoeken water – niets! Hun tong verdroogt van de dorst. Ik, de HEER, zal hun antwoord geven, Ik, de God van Israël, zal hen niet verlaten. Ik laat op kale heuvels rivieren ontspringen en bronnen in de valleien. In de woestijn laat Ik meren ontstaan, uit dorre grond borrelt water op. Ik plant in de woestijn ceder en acacia, mirte en olijf, en Ik laat in de wildernis den, kamperfoelie en cipres opschieten.
Lees meer ...Jesaja 42:1-13 1
Hier is Mijn dienaar, hem zal Ik steunen, hij is Mijn uitverkorene, in hem vind Ik vreugde, Ik heb hem met Mijn geest vervuld. Hij zal alle volken het recht doen kennen. Hij schreeuwt niet, hij verheft zijn stem niet, hij roept niet luidkeels in het openbaar; het geknakte riet breekt hij niet af, de kwijnende vlam zal hij niet doven. Het recht zal hij zuiver doen kennen. Ongebroken en vol vuur zal hij het recht op aarde vestigen; de eilanden zien naar zijn onderricht uit. Dit zegt God, de HEER, die de hemel heeft geschapen en uitgespannen, die de aarde heeft uitgehamerd met alles wat zij voortbrengt,
Lees meer ...Jesaja 42:14-25 2
Een weg door de woestijn. Al zo lang heb Ik niets gezegd, Ik heb gezwegen, me beheerst. Nu schreeuw Ik het uit als een barende vrouw, Ik zucht en Ik zwoeg tegelijk. Bergen en heuvels laat Ik uitdrogen en alles wat er groeit verdorren, in rivieren laat Ik eilanden ontstaan, meren vallen droog. Blinden laat Ik gaan over onbekende wegen, op paden die ze niet kennen voer Ik hen. Duisternis verander Ik in licht, ruig land maak Ik vlak. Ja, deze dingen zal Ik doen, niets daarvan zal Ik nalaten.
Lees meer ...Jesaja 43:1-14 1
Welnu, dit zegt de HEER, die jou schiep, Jakob, die jou vormde, Israël: Wees niet bang, want Ik zal je vrijkopen, Ik heb je bij je naam geroepen, je bent van Mij! Moet je door het water gaan – Ik ben bij je; of door rivieren – je wordt niet meegesleurd. Moet je door het vuur gaan – het zal je niet verteren, de vlammen zullen je niet verschroeien. Want Ik, de HEER, ben je God, de Heilige van Israël, je Redder. Voor jou geef Ik Egypte als losgeld, Nubië en Seba ruil Ik in tegen jou. Jij bent zo kostbaar in Mijn ogen, zo waardevol, en Ik houd zo veel van je dat Ik de mensheid geef in ruil voor jou, ja alle volken om jou te behouden. Wees niet bang, want Ik ben bij je. Ik haal je nakomelingen uit het oosten terug, uit het westen breng Ik jullie bijeen.
Lees meer ...Jesaja 43:15-28 2
Ik ben de HEER, jullie Heilige, de Schepper van Israël, jullie Koning. Dit zegt de HEER, die een weg baande door de zee en een pad door machtige wateren, die paarden en wagens liet uitrukken, een heel leger van geweldenaars – daar lagen ze, en ze stonden niet meer op, ze zijn vergaan, als een kwijnende vlam gedoofd. Blijf niet staan bij wat eertijds is gebeurd, laat het verleden nu rusten. Zie, Ik ga iets nieuws verrichten, nu ontkiemt het – heb je het nog niet gemerkt? Ik baan een weg door de woestijn, maak rivieren in de wildernis.
Lees meer ...Jesaja 44:1-13 1
Nu dan, luister, Jakob, Mijn dienaar, Israël, dat Ik heb uitgekozen: Dit zegt de HEER, die jou gemaakt heeft en al in de moederschoot gevormd, en die je ter zijde staat: Wees niet bang, Mijn dienaar Jakob, Jesurun, die Ik heb uitgekozen. Ik zal water uitgieten op dorstige grond, waterstromen over het droge land. Ik zal Mijn geest uitgieten over je nazaten en Mijn zegen over je telgen. Zij zullen ontkiemen tussen het gras, uitbotten als wilgen langs het water. De een zal zeggen: ‘Ik hoor bij de HEER,’ de ander zal Jakobs naam gebruiken, een derde schrijft op zijn hand:
Lees meer ...