In een van de steden waar Hij kwam, stond er plotseling een man voor Hem die door huidvraat getekend was. Toen hij Jezus zag, liet hij zich languit op de grond vallen en smeekte Hem om hulp met de woorden: ‘Heer, als U wilt, kunt U mij rein maken.’
Lees meer ...Lucas 5:17-26 Genezing en vergeving van zonden
Toen Hij op een dag onderricht gaf, bevonden zich onder Zijn gehoor ook Farizeeën en wetgeleerden die uit allerlei plaatsen in Galilea en Judea en uit Jeruzalem waren gekomen. De kracht van de Heer was werkzaam in Hem, opdat Hij zieken zou genezen. Er kwamen een paar mannen met een verlamde op een draagbed, die ze naar binnen wilden brengen om hem voor Jezus neer te leggen. Maar ze zagen geen kans om door de mensenmassa heen te komen,
Lees meer ...Lucas 5:27-39 Jezus bij Levi
Daarna ging Hij naar buiten en zag Hij bij het tolhuis een tollenaar zitten die Levi heette. Hij zei tegen hem: ‘Volg Mij!’ Levi stond op, liet alles achter en volgde Hem. Hij richtte in zijn huis een groot feestmaal voor Hem aan, waarop een groot aantal tollenaars en anderen samen met Jezus aanwezig waren. De Farizeeën en hun schriftgeleerden zeiden morrend tegen Zijn leerlingen: ‘Waarom eet en drinkt u met tollenaars en zondaars?’ Maar Jezus antwoordde: ‘Gezonde mensen hebben geen dokter nodig, maar wie ziek is wel;
Lees meer ...Lucas 6:1-11 Jezus en de sabbat
Toen Jezus op sabbat eens door de korenvelden liep, begonnen Zijn leerlingen aren te plukken. Ze wreven die stuk tussen hun handen en aten ervan. Enkele Farizeeën zeiden echter: ‘Waarom doet U iets dat op sabbat niet mag?’ Jezus antwoordde: ‘Hebt u dan niet gelezen wat David deed toen hij en zijn metgezellen honger hadden, hoe hij het huis van God binnenging, de toonbroden nam, ervan at en ze uitdeelde aan zijn mannen, ook al mogen alleen de priesters van die broden eten?’ En Hij voegde eraan toe: ‘De Mensenzoon is Heer en Meester over de sabbat.’
Lees meer ...Lucas 6:12-16 Aanstelling van de twaalf apostelen
Op een van die dagen trok Jezus zich terug op de berg om te bidden. De hele nacht bleef Hij tot God bidden. Toen de dag aanbrak,
Lees meer ...Lucas 6:17-23 Onderricht aan de leerlingen 1
Toen Hij met hen de berg was afgedaald, bleef Hij staan op een plaats waar het vlak was. Daar had een groot aantal van Zijn leerlingen zich verzameld, evenals een menigte mensen uit heel Judea en Jeruzalem en uit de kuststreek van Tyrus en Sidon. Ze waren gekomen om naar Hem te luisteren en zich van hun ziekten te laten genezen;
Lees meer ...Lucas 6:24-35 Onderricht aan de leerlingen 2
Maar wee jullie die rijk zijn, jullie hebben je deel al gehad. Wee jullie die nu verzadigd zijn, want je zult hongeren. Wee jullie die nu lachen, want je zult treuren en huilen. Wee jullie wanneer alle mensen lovend over je spreken, want hun voorouders hebben de valse profeten op dezelfde wijze behandeld. Tot jullie die naar Mij luisteren zeg Ik: heb je vijanden lief, wees goed voor wie jullie haten, zegen wie jullie vervloeken, bid voor wie jullie slecht behandelen.
Lees meer ...Lucas 6:36-42 Onderricht aan de leerlingen 3
Wees barmhartig zoals jullie Vader barmhartig is. Oordeel niet, dan zal er niet over je geoordeeld worden. Veroordeel niet, dan zul je niet veroordeeld worden. Vergeef, dan zal je vergeven worden. Geef, dan zal je gegeven worden; een goede, stevig aangedrukte, goed geschudde en overvolle maat zal je worden toebedeeld.
Lees meer ...Lucas 6:43-49 Onderricht aan de leerlingen 4
Een goede boom brengt geen slechte vruchten voort, en evenmin brengt een slechte boom goede vruchten voort. Elke boom kun je aan zijn vruchten kennen, want van distels pluk je geen vijgen en van doornstruiken geen druiven. Een goed mens brengt uit de goede schatkamer van zijn hart het goede voort, maar een slecht mens brengt uit zijn slechte schatkamer het kwade voort;
Lees meer ...Lucas 7:1-10 Genezing en dodenopwekking 1
Toen Jezus aan het eind was gekomen van Zijn toespraak tot de menigte ging Hij Kafarnaüm in. Een centurio die daar woonde had een slaaf die ernstig ziek was en op sterven lag; de centurio was erg op deze slaaf gesteld. Toen hij over Jezus hoorde, zond hij enkele Joodse leiders naar Hem toe om Hem te vragen bij hem te komen en zijn slaaf van de dood te redden. Toen ze bij Jezus waren gekomen, drongen ze er bij Hem op aan mee te gaan. Ze zeiden: ‘De man die U dit verzoekt, verdient het dat U hem deze gunst bewijst.
Lees meer ...