Hij kwam ook in Derbe en Lystra. In Lystra ontmoette hij een leerling die Timoteüs heette, de zoon van een gelovig geworden Joodse vrouw en een niet-Joodse vader. Timoteüs stond goed aangeschreven bij de gelovigen in Lystra en Ikonium, en Paulus wilde hem met zich meenemen op reis. Hij liet hem eerst besnijden ter wille van de Joden in Lystra en Ikonium, die immers allen wisten dat Timoteüs een niet-Joodse vader had.
Lees meer ...Handelingen 16:11-18 De gebeurtenissen in Filippi 1
We gingen in Troas aan boord van een schip en zetten rechtstreeks koers naar Samotrake; de dag daarop voeren we verder naar Neapolis. Van daar reisden we naar Filippi, een belangrijke stad in dat deel van Macedonië. In deze stad, die volgens Romeins recht wordt bestuurd, bleven we enkele dagen. Op sabbat gingen we de stadspoort uit in de richting van de rivier, want we vermoedden dat daar een gebedsplaats was. We gingen zitten en spraken de vrouwen toe die daar bijeen waren gekomen.
Lees meer ...Handelingen 16:19-33 De gebeurtenissen in Filippi 2
Toen haar eigenaars merkten dat ze hun bron van inkomsten kwijt waren, grepen ze Paulus en Silas vast en sleurden hen naar het marktplein, waar ze hen voorleidden aan de stadsbestuurders. Ze zeiden: ‘Deze mensen brengen onze stad in rep en roer. Het zijn Joden, die een levenswijze verkondigen waarmee wij, als Romeinen, niet mogen instemmen en die we niet in praktijk mogen brengen.’ Ook de verzamelde menigte keerde zich tegen Paulus en Silas, waarna de stadsbestuurders hun de kleren van het lijf lieten scheuren en bevel gaven hen met stokslagen te straffen. Nadat ze een groot aantal slagen hadden gekregen, werden ze opgesloten in de gevangenis,
Lees meer ...Handelingen 16:34-40 De gebeurtenissen in Filippi 3
Hij bracht hen naar zijn woning boven de gevangenis en zette hun daar een maaltijd voor. Hij en al zijn huisgenoten waren buitengewoon verheugd dat hij nu in God geloofde. Bij het aanbreken van de dag zonden de stadsbestuurders enkele gerechtsdienaars naar de gevangenis met de opdracht om Paulus en Silas vrij te laten. De gevangenbewaarder stelde Paulus daarvan op de hoogte: ‘Het stadsbestuur heeft mensen gestuurd om u vrij te laten. U mag dus vertrekken. Ga in vrede!’ Maar Paulus zei tegen de gerechtsdienaars:
Lees meer ...Handelingen 17:1-9 In Tessalonica en Berea 1
Via Amfipolis en Apollonia reisden ze naar Tessalonica, waar de Joden een synagoge hadden. Zoals gewoonlijk ging Paulus naar hen toe, en drie sabbatdagen achtereen debatteerde hij met hen. Aan de hand van teksten uit de Schrift toonde hij aan dat de Messias moest lijden en sterven en daarna uit de dood moest opstaan. ‘Deze Messias,’ zo zei hij, ‘is Jezus, die ik u nu verkondig.’ Sommigen lieten zich overtuigen en sloten zich aan bij Paulus en Silas,
Lees meer ...Handelingen 17:10-15 In Tessalonica en Berea 2
Nog diezelfde nacht stuurden de leerlingen Paulus en Silas naar Berea. Toen ze daar waren aangekomen, gingen ze naar de synagoge. De Joden in Berea waren welwillender dan die in Tessalonica, want ze luisterden vol belangstelling naar de verkondiging van het evangelie en bestudeerden dagelijks de Schriften om te zien of het inderdaad waar was wat er werd gezegd.
Lees meer ...Handelingen 17:16-26 Paulus in Athene 1
Terwijl Paulus in Athene op hen wachtte, raakte hij hevig verontwaardigd bij het zien van de vele godenbeelden in de stad. In de synagoge sprak hij met de Joden en met de Grieken die God vereerden, en op het marktplein ging hij dagelijks in debat met de mensen die hij daar aantrof. Onder hen waren ook enkele epicurische en stoïsche filosofen, van wie sommigen zeiden: ‘Wat beweert die praatjesmaker toch?’ Anderen merkten op: ‘Hij schijnt een boodschapper van uitheemse goden te zijn,’ omdat ze dachten dat hij predikte over Jezus en een godin die Opstanding heette.
Lees meer ...Handelingen 17:27-34 Paulus in Athene 2
Het was Gods bedoeling dat ze Hem zouden zoeken en Hem al tastend zouden kunnen vinden, aangezien Hij van niemand van ons ver weg is. Want in Hem leven wij, bewegen wij en zijn wij. Of, zoals ook enkele van uw eigen dichters hebben gezegd: “Uit Hem komen ook wij voort.” Maar als wij dan uit God voortkomen, mogen we niet denken dat het goddelijke gelijk is aan een beeld van goud of zilver of steen,
Lees meer ...Handelingen 18:1-11 Paulus in Korinte 1
Na deze gebeurtenissen verliet hij Athene en ging naar Korinte. Daar leerde hij Aquila kennen, een Jood uit Pontus, die kort daarvoor met zijn vrouw Priscilla uit Italië was gekomen omdat Claudius had bevolen dat alle Joden Rome moesten verlaten. Paulus bracht hun een bezoek, en omdat ze hetzelfde ambacht uitoefenden als hij – ze waren leerbewerker van beroep – trok hij bij hen in en ging bij hen werken. Elke sabbat sprak Paulus in de synagoge en trachtte hij Joden en Grieken te overtuigen.
Lees meer ...Handelingen 18:12-17 Paulus in Korinte 2
Toen Gallio proconsul van Achaje was, keerden de Joden zich echter gezamenlijk tegen Paulus en daagden hem voor het gerecht. Ze namen hem mee naar Gallio en zeiden: ‘Deze man haalt de mensen over om God te vereren op een wijze die in strijd is met de wet.’
Lees meer ...