Page 140 of 323
1 138 139 140 141 142 323

Marcus 9:2-13 Een stem uit de hemel

Zes dagen later nam Jezus Petrus, Jakobus en Johannes met zich mee een hoge berg op, waar ze helemaal alleen waren. Voor hun ogen veranderde Hij van gedaante, Zijn kleren gingen helder wit glanzen, zo wit als geen enkele wolwasser op aarde voor elkaar zou kunnen krijgen. Toen verscheen Elia aan hen, samen met Mozes, en ze spraken met Jezus. Petrus nam het woord en zei tegen Jezus: ‘Rabbi, het is goed dat wij hier zijn; laten we drie tenten opslaan, een voor U, een voor Mozes en een voor Elia.’

Lees meer ...

Marcus 9:14-24 Geloof en ongeloof 1

Toen ze terugkwamen bij de andere leerlingen, zagen ze een grote menigte om hen heen staan. Er waren ook schriftgeleerden bij, die met hen aan het discussiëren waren. De mensen waren verbaasd toen ze Hem zagen, en liepen meteen naar Hem toe om Hem te begroeten. Hij vroeg hun: ‘Waarover zijn jullie met hen aan het discussiëren?’ Iemand uit de menigte antwoordde: ‘Meester, ik heb mijn zoon naar U gebracht omdat hij door een geest bezeten is en niet kan praten;

Lees meer ...

Marcus 9:30-41 Onderricht aan de leerlingen 1

Ze vertrokken uit die streek en reisden door Galilea, maar Hij wilde niet dat iemand dat te weten kwam, want Hij was bezig Zijn leerlingen onderricht te geven. Hij zei tegen hen: ‘De Mensenzoon wordt uitgeleverd aan de mensen. Die zullen Hem doden, maar na drie dagen zal Hij uit de dood opstaan.’ Ze begrepen deze uitspraak niet, maar durfden Hem geen vragen te stellen. Ze kwamen in Kafarnaüm. Toen ze in huis waren, vroeg Hij hun: ‘Waarover waren jullie onderweg aan het redetwisten?’ Ze zwegen,

Lees meer ...

Marcus 10:13-22 Binnengaan in het koninkrijk van God 1

De mensen probeerden kinderen bij Hem te brengen om ze door Hem te laten aanraken, maar de leerlingen berispten hen. Toen Jezus dat zag, wond Hij zich erover op en zei tegen hen: ‘Laat de kinderen bij me komen, houd ze niet tegen, want het koninkrijk van God behoort toe aan wie is zoals zij. Ik verzeker jullie: wie niet als een kind openstaat voor het koninkrijk van God, zal er zeker niet binnengaan.’

Lees meer ...

Marcus 10:23-31 Binnengaan in het koninkrijk van God 2

Jezus keek de kring rond en zei tegen Zijn leerlingen: ‘Wat is het moeilijk voor rijken om het koninkrijk van God binnen te gaan.’ De leerlingen schrokken van Zijn woorden. Maar Jezus zei nog eens uitdrukkelijk: ‘Kinderen, wat is het moeilijk om het koninkrijk van God binnen te gaan: het is gemakkelijker voor een kameel om door het oog van een naald te gaan dan voor een rijke om het koninkrijk van God binnen te gaan.’

Lees meer ...

Marcus 10:32-45 Op weg naar Jeruzalem 1

Ze waren onderweg naar Jeruzalem en Jezus liep voor hen uit; de leerlingen waren ongerust en ook de mensen die hen volgden waren bang. Hij nam de twaalf weer apart en vertelde hun wat Hem zou overkomen: ‘We zijn nu op weg naar Jeruzalem, waar de Mensenzoon zal worden uitgeleverd aan de hogepriesters en de schriftgeleerden, die Hem ter dood zullen veroordelen en Hem zullen uitleveren aan de heidenen. Ze zullen de spot met Hem drijven en Hem bespuwen en Hem geselen en doden, maar na drie dagen zal Hij opstaan.’ Jakobus en Johannes, de zonen van Zebedeüs, kwamen bij Hem en zeiden:

Lees meer ...
Page 140 of 323
1 138 139 140 141 142 323