De soldaten leidden Hem weg, het paleis (dat wil zeggen het pretorium) in, en riepen de hele cohort bijeen. Ze trokken Hem een purperen gewaad aan, vlochten een kroon van doorntakken en zetten Hem die op. Daarna brachten ze Hem hulde met de woorden: ‘Gegroet, koning van de Joden!’ Ze sloegen Hem met een rietstok tegen het hoofd en bespuwden Hem, en bogen onderdanig voor Hem. Nadat ze Hem zo hadden bespot, trokken ze Hem het purperen gewaad uit en deden Hem Zijn kleren weer aan.
Lees meer ...Marcus 15:33-39 Kruisiging 2
Op het middaguur viel er een duisternis over het hele land, die drie uur aanhield. Aan het einde daarvan, in het negende uur, riep Jezus met luide stem:
‘Eloï, Eloï, lema sabachtani?’, wat in onze taal betekent: ‘Mijn God, mijn God, waarom hebt U Mij verlaten?’ Toen de omstanders dat hoorden, zeiden enkelen van hen: ‘Hoor, Hij roept Elia!’ Iemand ging snel een spons halen, doordrenkte die met zure wijn, stak de spons op een stok en probeerde Hem te laten drinken, terwijl hij zei: ‘Laten we eens kijken of Elia komt om Hem eraf te halen.’
Marcus 15:40-47 Graflegging
Van een afstand keken ook enkele vrouwen toe, onder wie Maria uit Magdala en Maria de moeder van Jakobus de jongere en van Joses, en Salome. Toen Hij in Galilea verbleef, waren deze vrouwen Hem gevolgd en hadden ze voor Hem gezorgd, net als vele andere vrouwen die met Hem waren meegereisd naar Jeruzalem.
Lees meer ...Marcus 16:1-8 Het lege graf
Toen de sabbat voorbij was, kochten Maria uit Magdala en Maria de moeder van Jakobus, en Salome geurige olie om Hem te balsemen. Op de eerste dag van de week gingen ze heel vroeg in de ochtend, vlak na zonsopgang, naar het graf. Ze zeiden tegen elkaar: ‘Wie zal voor ons de steen voor de ingang van het graf wegrollen?’ Maar toen ze opkeken, zagen ze dat de steen al was weggerold; het was een heel grote steen.
Lees meer ...Marcus 16:9-20 Na de opstanding
Toen Hij vroeg op de eerste dag van de week uit de dood was opgestaan, verscheen Hij eerst aan Maria uit Magdala, bij wie Hij zeven demonen had uitgedreven. Ze ging het nieuws vertellen aan de mensen die Hem hadden vergezeld en die nu om Hem treurden en rouwden. Toen ze hoorden dat Hij leefde en dat zij Hem had gezien, geloofden ze het niet. Daarna verscheen Hij in een andere gedaante aan twee van hen toen ze buiten de stad aan het wandelen waren. Ze gingen terug en vertelden het aan de anderen; maar ook zij werden niet geloofd.
Lees meer ...Lucas 2:41-52 De twaalfjarige Jezus in de tempel
Zijn ouders gingen jaarlijks voor het pesachfeest naar Jeruzalem. Toen Hij twaalf jaar was, maakten ze weer hun gebruikelijke pelgrimstocht. Na afloop van het feest vertrokken ze naar huis, maar Jezus bleef in Jeruzalem achter zonder dat Zijn ouders het wisten. In de veronderstelling dat Hij zich bij het reisgezelschap bevond, reisden ze een hele dag voordat ze Hem overal onder hun verwanten en bekenden begonnen te zoeken.
Lees meer ...Lucas 3:1-9 Optreden van Johannes 1
In het vijftiende jaar van de regering van keizer Tiberius, toen Pontius Pilatus Judea bestuurde, en Herodes tetrarch was over Galilea, zijn broer Filippus over het gebied van Iturea en Trachonitis, en Lysanias over Abilene, en toen Annas en Kajafas hogepriester waren, richtte God zich in de woestijn tot Johannes, de zoon van Zacharias.
Lees meer ...Lucas 3:10-22 Optreden van Johannes 2
De mensen vroegen hem: ‘Wat moeten we dan doen?’ Hij antwoordde: ‘Wie twee stel onderkleren heeft, moet delen met wie er geen heeft, en wie eten heeft moet hetzelfde doen.’ Er kwamen ook tollenaars om zich te laten dopen, en die vroegen hem: ‘Meester, wat moeten wij doen?’ Hij zei tegen hen: ‘Vorder niet meer dan wat jullie is opgedragen.’ Ook soldaten kwamen hem vragen: ‘En wij, wat moeten wij doen?’ Tegen hen zei hij: ‘Jullie mogen niemand afpersen en je ook niet laten omkopen, neem genoegen met je soldij.’
Lees meer ...Lucas 4:1-13 Jezus door de duivel op de proef gesteld
Vervuld van de heilige Geest trok Jezus weg van de Jordaan, en geleid door de Geest zwierf Hij veertig dagen rond in de woestijn, waar Hij door de duivel op de proef werd gesteld. Al die tijd at Hij niets, en toen de veertig dagen verstreken waren, had Hij grote honger. De duivel zei tegen Hem: ‘Als U de Zoon van God bent, beveel die steen dan in een brood te veranderen.’ Maar Jezus antwoordde: ‘Er staat geschreven: “De mens leeft niet van brood alleen.”‘
Lees meer ...Lucas 4:14-19 Optreden van Jezus in Nazaret 1
Jezus keerde, gesterkt door de Geest, terug naar Galilea. Het nieuws over Hem verspreidde zich in de hele streek. Hij gaf onderricht in de synagogen en werd door allen geprezen. Hij kwam ook in Nazaret, waar Hij was opgegroeid, en volgens Zijn gewoonte ging Hij op sabbat naar de synagoge.
Lees meer ...