Jezus vertrok met Zijn leerlingen naar de dorpen in de buurt van Caesarea Filippi. Onderweg vroeg Hij aan Zijn leerlingen: ‘Wie zeggen de mensen dat Ik ben?’ Ze antwoordden: ‘Johannes de Doper, en anderen zeggen Elia, en weer anderen zeggen dat U een van de profeten bent.’ Toen vroeg Hij hun: ‘En wie ben Ik volgens jullie?’ Petrus antwoordde: ‘U bent de messias.’ Hij verbood hun op strenge toon om met iemand hierover te spreken.
Lees meer ...Marcus 8:34-38-9:1 Wie is Jezus? 2
Hij riep de menigte samen met de leerlingen bij zich en zei: ‘Wie Mijn volgeling wil zijn, moet zichzelf verloochenen, zijn kruis op zich nemen en zo achter Mij aan komen. Want ieder die zijn leven wil behouden, zal het verliezen, maar wie zijn leven verliest omwille van Mij en het evangelie, zal het behouden. Wat heeft een mens eraan als hij de hele wereld wint, maar er het leven bij inschiet?
Lees meer ...Marcus 9:2-13 Een stem uit de hemel
Zes dagen later nam Jezus Petrus, Jakobus en Johannes met zich mee een hoge berg op, waar ze helemaal alleen waren. Voor hun ogen veranderde Hij van gedaante, Zijn kleren gingen helder wit glanzen, zo wit als geen enkele wolwasser op aarde voor elkaar zou kunnen krijgen. Toen verscheen Elia aan hen, samen met Mozes, en ze spraken met Jezus.
Lees meer ...Marcus 9:14-24 Geloof en ongeloof 1
Toen ze terugkwamen bij de andere leerlingen, zagen ze een grote menigte om hen heen staan. Er waren ook schriftgeleerden bij, die met hen aan het discussiëren waren. De mensen waren verbaasd toen ze Hem zagen, en liepen meteen naar Hem toe om Hem te begroeten. Hij vroeg hun: ‘Waarover zijn jullie met hen aan het discussiëren?’
Lees meer ...Marcus 9:25-29 Geloof en ongeloof 2
Toen Jezus zag dat er een grote groep mensen toestroomde, sprak Hij de onreine geest op strenge toon toe en zei: ‘Geest die doof en stom maakt, Ik gebied je: ga uit hem weg en keer niet meer in hem terug.’
Lees meer ...Marcus 9:30-41 Onderricht aan de leerlingen 1
Ze vertrokken uit die streek en reisden door Galilea, maar Hij wilde niet dat iemand dat te weten kwam, want Hij was bezig Zijn leerlingen onderricht te geven. Hij zei tegen hen: ‘De Mensenzoon wordt uitgeleverd aan de mensen. Die zullen Hem doden, maar na drie dagen zal Hij uit de dood opstaan.’
Lees meer ...Marcus 9:42-50 Onderricht aan de leerlingen 2
Wie een van de geringen die in Mij geloven van de goede weg afbrengt, zou beter af zijn als hij met een molensteen om zijn nek in zee gegooid werd. Als je hand je op de verkeerde weg brengt, hak hem dan af: je kunt beter verminkt het leven binnengaan dan in het bezit van twee handen naar de Gehenna te moeten gaan, naar het onblusbare vuur.
Lees meer ...Marcus 10:1-12 Twistgesprek met Farizeeën
Hij vertrok uit Kafarnaüm naar Judea en het gebied aan de overkant van de Jordaan, en de mensen verzamelden zich weer in groten getale om Hem heen; Hij onderwees hen zoals Hij gewoon was te doen.
Lees meer ...Marcus 10:13-22 Binnengaan in het koninkrijk van God 1
De mensen probeerden kinderen bij Hem te brengen om ze door Hem te laten aanraken, maar de leerlingen berispten hen. Toen Jezus dat zag, wond Hij zich erover op en zei tegen hen: ‘Laat de kinderen bij me komen, houd ze niet tegen, want het koninkrijk van God behoort toe aan wie is zoals zij. Ik verzeker jullie: wie niet als een kind openstaat voor het koninkrijk van God, zal er zeker niet binnengaan.’
Lees meer ...Marcus 10:23-31 Binnengaan in het koninkrijk van God 2
Jezus keek de kring rond en zei tegen Zijn leerlingen: ‘Wat is het moeilijk voor rijken om het koninkrijk van God binnen te gaan.’ De leerlingen schrokken van Zijn woorden. Maar Jezus zei nog eens uitdrukkelijk: ‘Kinderen, wat is het moeilijk om het koninkrijk van God binnen te gaan: het is gemakkelijker voor een kameel om door het oog van een naald te gaan dan voor een rijke om het koninkrijk van God binnen te gaan.’
Lees meer ...