Door één mens is de zonde in de wereld gekomen en door de zonde de dood, en zo is de dood voor ieder mens gekomen, want ieder mens heeft gezondigd. Er was al zonde in de wereld voordat de wet er was; alleen, zonder wet wordt er van de zonde geen rekening bijgehouden. Toch heerste de dood in de tijd van Adam tot Mozes over alle mensen, ook al begingen ze met hun zonden niet dezelfde overtreding als Adam. Nu is Adam de voorafbeelding van Hem die komen zou. Maar de genade gaat zijn overtreding verre te boven. Door de overtreding van één mens moesten alle mensen sterven,
Lees meer ...Romeinen 6:1-14 Met Christus gestorven, dood voor de zonde 1
Betekent dit nu dat we moeten blijven zondigen om de genade te laten toenemen? Dat in geen geval. Hoe zouden wij, die dood zijn voor de zonde, nog in zonde kunnen leven? Weet u niet dat wij die gedoopt zijn in Christus Jezus, zijn gedoopt in Zijn dood? We zijn door de doop in Zijn dood met Hem begraven om, zoals Christus door de macht van de Vader uit de dood is opgewekt, een nieuw leven te leiden. Als wij delen in Zijn dood, zullen wij ook delen in Zijn opstanding. Immers,
Lees meer ...Romeinen 6:15-23 Met Christus gestorven, dood voor de zonde 2
Betekent dit nu dat we vrijuit mogen zondigen omdat we niet onder de wet staan, maar onder de genade leven? Absoluut niet. Wanneer u zich als slaaf in iemands dienst stelt, weet u toch dat u hem moet gehoorzamen? Wanneer u de zonde dient, leidt dat tot de dood; wanneer u God gehoorzaamt, leidt dat tot vrijspraak. Maar God zij gedankt: u was slaven van de zonde,
Lees meer ...Romeinen 7:1-6 Met Christus gestorven, dood voor de zonde 3
Weet u dan niet, broeders en zusters – ik spreek immers tot mensen die de wet kennen -, dat de wet alleen gezag over een mens heeft zolang hij leeft? Een getrouwde vrouw is door de wet gebonden aan haar man zolang hij leeft, maar wanneer hij sterft is zij van deze verplichting ontslagen. Als ze zich zolang haar man in leven is met iemand anders inlaat, noemt men haar overspelig.
Lees meer ...Romeinen 7:7-12 De wet en de zonde 1
Moeten we nu vaststellen dat de wet hetzelfde is als de zonde? Absoluut niet. Ik ben me echter pas door de wet bewust geworden van de zonde. Ik zou immers niet weten wat begeerte was als de wet niet zei: ‘Zet uw zinnen niet op wat van een ander is.’
Lees meer ...Romeinen 7:13-25 De wet en de zonde 2
Is het dan het goede dat mij heeft gedood? Natuurlijk niet, het is de zonde. Maar om mij te doden heeft ze van het goede gebruik gemaakt; alleen zo kon duidelijk worden wat de zonde is. Door het gebod te gebruiken laat de zonde zien hoe verderfelijk ze is. Wij weten dat de wet het werk van de Geest is, maar door mijn natuur ben ik uitgeleverd aan de zonde. Wat ik doe, doorzie ik niet, want ik doe niet wat ik wil, ik doe juist wat ik haat. Maar wanneer mijn daden in strijd zijn met mijn wil, dan erken ik dat de wet goed is.
Lees meer ...Romeinen 8:1-16 Leven door de Geest 1
Dus wie in Christus Jezus zijn, worden niet meer veroordeeld. De wet van de Geest die in Christus Jezus leven brengt, heeft u bevrijd van de wet van de zonde en de dood. Waartoe de wet niet in staat was, machteloos als hij was door de menselijke natuur, dat heeft God tot stand gebracht. Vanwege de zonde heeft Hij Zijn eigen Zoon als mens in dit zondige bestaan gestuurd; zo heeft Hij in dit bestaan met de zonde afgerekend, opdat in ons wordt volbracht wat de wet van ons eist. Ons leven wordt immers niet langer beheerst door onze eigen natuur, maar door de Geest. Wie zich door zijn eigen natuur laat leiden is gericht op wat hij zelf wil, maar wie zich laat leiden door de Geest is gericht op wat de Geest wil.
Lees meer ...Romeinen 8:17-30 Leven door de Geest 2
En nu we Zijn kinderen zijn, zijn we ook Zijn erfgenamen, erfgenamen van God. Samen met Christus zijn wij erfgenamen: wij moeten delen in Zijn lijden om met Hem te kunnen delen in Gods luister. Ik ben ervan overtuigd dat het lijden van deze tijd in geen verhouding staat tot de luister die ons in de toekomst zal worden geopenbaard. De schepping ziet er reikhalzend naar uit dat openbaar wordt wie Gods kinderen zijn. Want de schepping is ten prooi aan zinloosheid, niet uit eigen wil, maar door hem die haar daaraan heeft onderworpen. Maar ze heeft hoop gekregen, omdat ook de schepping zelf zal worden bevrijd uit de slavernij van de vergankelijkheid en zal delen in de vrijheid en luister die Gods kinderen geschonken wordt.
Lees meer ...Romeinen 8:31-39 Leven door de Geest 3
Wat moeten wij hier verder over zeggen? Als God voor ons is, wie kan dan tegen ons zijn? Zal Hij, die Zijn eigen Zoon niet heeft gespaard, maar Hem omwille van ons allen heeft prijsgegeven, ons met Hem niet alles schenken? Wie zal Gods uitverkorenen aanklagen? God zelf spreekt hen vrij. Wie zal hen veroordelen?
Lees meer ...Romeinen 9:1-18 De trouw en de barmhartigheid van God 1
Omdat ik één ben met Christus spreek ik de waarheid, en mijn geweten, geleid door de heilige Geest, is mijn getuige dat ik niet lieg: ik ben diepbedroefd en word voortdurend door verdriet gekweld. Omwille van mijn volksgenoten, de broeders en zusters met wie ik mijn afkomst deel, zou ik bijna bidden zelf vervloekt te worden en van Christus gescheiden te zijn; omwille van hen, de Israëlieten, die God als Zijn kinderen heeft aangenomen en aan wie Hij Zijn nabijheid, de verbonden, de wet, de tempeldienst en de beloften heeft geschonken; omwille van het volk dat van de aartsvaders afstamt en waaruit Christus is voortgekomen. God, die boven alles verheven is, zij geprezen tot in eeuwigheid. Amen. God heeft Zijn belofte niet gebroken.
Lees meer ...