Toen Jezus daar aankwam, hoorde Hij dat Lazarus al vier dagen in het graf lag. Betanië lag dicht bij Jeruzalem, op een afstand van ongeveer vijftien stadie, en er waren dan ook veel Joden naar Marta en Maria gekomen om hen te troosten nu hun broer gestorven was. Toen Marta hoorde dat Jezus onderweg was ging ze Hem tegemoet, terwijl Maria thuisbleef. Marta zei tegen Jezus: ‘Als U hier was geweest, Heer, zou mijn broer niet gestorven zijn. Maar zelfs nu weet ik dat God U alles zal geven wat U vraagt.’
Lees meer ...Johannes 11:32-44 Lazarus uit de dood opgewekt 3
Zodra Maria op de plek kwam waar Jezus was en Hem zag, viel ze aan Zijn voeten neer. Ze zei: ‘Als U hier was geweest, Heer, zou mijn broer niet gestorven zijn!’ Jezus zag hoe zij en de Joden die bij haar waren weeklaagden, en dat ergerde Hem. Diep bewogen vroeg Hij: ‘Waar hebben jullie hem neergelegd?’ Ze zeiden: ‘Kom maar kijken, Heer.’ Jezus begon ook te huilen, en de Joden zeiden: ‘Wat heeft Hij veel van hem gehouden!’ Maar er werd ook gezegd: ‘Hij heeft de ogen van een blinde geopend, Hij had nu toch ook de dood van Lazarus kunnen voorkomen?’ Ook dit ergerde Jezus.
Lees meer ...Johannes 11:45-54 Lazarus uit de dood opgewekt 4
Veel Joden die naar Maria toe gekomen waren en gezien hadden wat Jezus deed, kwamen tot geloof in Hem. Maar enkelen gingen naar de Farizeeën om hun te vertellen wat Jezus gedaan had. Daarop riepen de hogepriesters en de Farizeeën het Sanhedrin bijeen: ‘Wat moeten we doen? Deze man doet veel wondertekenen, en als we Hem Zijn gang laten gaan, zal iedereen in Hem gaan geloven.
Lees meer ...Johannes 11:55-57-12:1-11 Maria zalft Jezus
Het was kort voor Pesach, het Joodse paasfeest, en veel mensen uit de omgeving gingen al vóór het feest naar Jeruzalem om zich te reinigen. Daar keken ze uit naar Jezus; ze stonden in de tempel en zeiden tegen elkaar: ‘Wat denk je? Zou Hij niet meer naar het feest komen?’ De hogepriesters en de Farizeeën hadden opdracht gegeven Hem aan te geven als men wist waar Hij was, zodat ze Hem konden arresteren.
Lees meer ...Johannes 12:12-19 Intocht in Jeruzalem
De volgende dag was er al een grote menigte in Jeruzalem voor het feest. Toen ze hoorden dat Jezus ook zou komen, haalden ze palmtakken en liepen ze de stad uit, Hem tegemoet, terwijl ze riepen: ‘Hosanna! Gezegend Hij die komt in de naam van de Heer, de Koning van Israël.’ Jezus zag een ezel staan en ging erop zitten, zoals geschreven staat: ‘Vrees niet, Sion, je Koning is in aantocht, en Hij zit op een ezelsveulen.’
Lees meer ...