Betrapt iemand de dief op heterdaad en slaat hij hem dood, dan laadt hij daarmee geen bloedschuld op zich. Gebeurt dit echter na zonsopgang, dan laadt hij wel bloedschuld op zich. De dief moet alles vergoeden; bezit hij niets, dan moet men hem verkopen voor een bedrag ter waarde van het gestolene. Als het gestolen dier nog levend bij hem wordt aangetroffen, moet hij het dubbel vergoeden, of het nu een rund betreft, een ezel, schaap of geit. Wanneer iemand zijn vee loslaat om een stuk land of een wijngaard te begrazen, en zijn dieren grazen de akker van een ander af, dan moet hij de schade met de beste opbrengst van zijn land of wijngaard vergoeden.
Lees meer ...Exodus 22:11-23 Regels en wetten 6
Als vaststaat dat het dier gestolen is van de ander, moet deze het aan de eigenaar vergoeden. Als het door een roofdier gedood is, moet hij dat bewijzen door hem het dode dier te brengen; hij hoeft het verscheurde dier niet te vergoeden. Wanneer iemand een dier van een ander in bruikleen heeft en het raakt gewond of sterft terwijl de eigenaar er niet bij is, moet hij het dier volledig vergoeden. Is de eigenaar er wel bij, dan is hij geen vergoeding verschuldigd.
Lees meer ...Exodus 22:24-30 Regels en wetten 7
Als je geld leent aan iemand van mijn volk die armoede lijdt, gedraag je dan niet als een geldschieter en vraag geen rente van hem. Als je iemands mantel als onderpand neemt, moet je die voor zonsondergang aan hem teruggeven, want hij heeft niets anders om zich mee toe te dekken.
Lees meer ...Exodus 23:1-13 Regels en wetten 8
Onthoud je van lasterlijke aantijgingen. Maak geen gemene zaak met een misdadiger door iemand vals te beschuldigen. Laat je er niet door de meerderheid toe overhalen iets onrechtvaardigs te doen, en als je in een rechtszaak getuigt, verdraai het recht dan niet door je naar de meerderheid te richten. Iemand die arm is, mag je in een rechtszaak niet bevoordelen. Wanneer je een verdwaald rund of een verdwaalde ezel van een vijand van je aantreft, moet je hem het dier zonder uitstel terugbrengen. Wanneer je ziet dat de ezel van iemand met wie je in onmin leeft onder zijn last bezwijkt, mag je niet werkeloos toezien maar moet je hem meteen de helpende hand bieden.
Lees meer ...Exodus 23:14-26 Regels en wetten 9
Driemaal per jaar moeten jullie ter ere van Mij feestvieren. In de maand abib, de maand waarin jullie uit Egypte weggetrokken zijn, moet je op de daarvoor vastgestelde dagen het feest van het Ongedesemde brood vieren. Eet dan zeven dagen lang ongedesemd brood, zoals Ik je heb opgedragen. Niemand mag dan met lege handen voor Mij verschijnen. Verder moeten jullie het Oogstfeest vieren, het feest van de eerste opbrengst van wat je op de akker gezaaid hebt, en tot slot, wanneer aan het eind van het jaar de hele oogst is binnengehaald, het Inzamelingsfeest. Driemaal per jaar dus moeten alle mannen voor de Machtige, de HEER, verschijnen.
Lees meer ...Exodus 23:27-33 Regels en wetten 10
De schrik voor Mij stuur Ik voor jullie uit, Ik zal paniek zaaien onder elk volk waarmee jullie in aanraking komen, zodat al je vijanden op de vlucht slaan. Ook stuur Ik een zwerm horzels voor jullie uit, die de Chiwwieten, de Kanaänieten en Hethieten zullen verjagen.
Lees meer ...Exodus 24:1-11 Verbondssluiting
Mozes kreeg van de HEER deze opdracht: ‘Kom naar Mij toe, de berg op, samen met Aäron, Nadab en Abihu en zeventig van Israëls oudsten, en kniel op eerbiedige afstand neer. Alleen jij, Mozes, mag in de nabijheid van de HEER komen, de anderen niet. Het volk mag jou niet volgen als je de berg op gaat.’ Mozes maakte het volk bekend met alle geboden en regels die de HEER had gegeven, en het volk verklaarde eenstemmig dat het zich zou houden aan alles wat de HEER geboden had. Hierna schreef Mozes alles op wat de HEER had gezegd.
Lees meer ...Exodus 24:12-18 De stenen platen beloofd
De HEER zei tegen Mozes: ‘Kom naar Mij toe, de berg op, en wacht daar; dan zal Ik je de stenen platen geven waarop Ik de wetten en geboden heb geschreven om het volk te onderrichten.’ Samen met zijn dienaar Jozua ging Mozes de berg van God op.
Lees meer ...Exodus 25:1-9 Opdracht tot het maken van een heiligdom
De HEER zei tegen Mozes: ‘Vraag de Israëlieten Mij geschenken te geven; neem van ieder die daartoe bereid is een bijdrage in ontvangst. Je moet het volgende van hen vragen: goud, zilver en koper, blauwpurperen, roodpurperen en karmozijnrode wol,
Lees meer ...Exodus 25:10-22 De ark
Laat van acaciahout een ark maken, een kist van tweeëneenhalve el lang, anderhalve el breed en anderhalve el hoog. Overtrek die met zuiver goud, zowel vanbinnen als vanbuiten; aan de bovenkant moet je rondom een gouden sierlijst aanbrengen. Giet vier gouden ringen en bevestig ze aan de vier poten: twee ringen aan elke kant van de ark. Maak draagbomen van acaciahout, verguld ze en steek ze door de ringen aan weerszijden; zo kan de ark gedragen worden.
Lees meer ...