Page 76 of 323
1 74 75 76 77 78 323

Prediker 9:10-18 De vreugde van het leven 2

Doe wat je hand te doen vindt. Doe het met volle inzet, want er zijn geen daden en gedachten, geen kennis en geen wijsheid in het dodenrijk. Daar ben je altijd naar op weg. Ik heb onder de Zon opnieuw gezien dat niet altijd een snelle hardloper de wedloop wint, een sterke held de oorlog, dat hij die wijs is niet altijd zijn brood heeft, en hij die inzicht heeft de rijkdom, hij die bekwaam is het respect. Zij allen zijn afhankelijk van tijd en toeval.

0Shares
Lees meer ...

Prediker 10:11-20 2

Wanneer de slang niet wordt bezworen en dan bijt, helpt de kunst hem te bezweren niet meer. De woorden die de wijze in de mond neemt, geven hem respect; wat er van de lippen van de dwaas komt, verstrikt hem in steeds groter warrigheid. Wat er uit zijn mond aan woorden komt, is aan het begin al dwaasheid en wordt erbarmelijke waanzin aan het eind.

0Shares
Lees meer ...

Prediker 11:1-10 Gedenk je Schepper in je jeugd

Werp je brood uit over het water, want je vindt het later weer terug. Bewaar je brood in zeven delen, zelfs in acht, want je weet niet welke ramp de Aarde treffen zal. Wanneer de wolken vol zijn, gieten ze hun regen uit over de Aarde. Naar welke kant een boom ook valt, naar het noorden of het zuiden, hij blijft liggen op de plaats waar hij valt.

0Shares
Lees meer ...

Prediker 12:1-8

Gedenk daarom je Schepper in de dagen van je jeugd – voordat de slechte dagen komen en de jaren naderen waarvan je zegt: In deze jaren vind ik weinig vreugde meer. Voordat de Zon verduistert, de sterren en de Maan niet langer stralen, de lucht ook na de regen grauw van wolken wordt.

0Shares
Lees meer ...

Hooglied 1:1-17

Hooglied, van Salomo. Zij. Laat hij mij kussen, laat zijn mond mij kussen! Jouw liefde is zoeter dan wijn, zoet is de geur van je huid, je naam is een kostbaar parfum. Daarom houden de meisjes van jou. Neem mij met je mee. Laten we rennen! Mijn koning brengt mij in zijn kamers. Laten we juichen en zingen om jou! Laten we jouw liefde prijzen, meer nog dan wijn. Natuurlijk houden de meisjes van jou! Meisjes van Jeruzalem, donker ben ik, en mooi, als de tenten van Kedar, als het doek van Salomo’s tenten.

0Shares
Lees meer ...

Hooglied 2:1-17

Hij. Ik ben een lelie van de Saron, een wilde lelie in het dal. Als een lelie tussen de distels, zo is mijn vriendin tussen de meisjes. Zij: Als een appelboom tussen de bomen van het bos, zo is mijn lief tussen de jongens. Ik verlang in zijn schaduw te zitten, met mijn tong wil ik zijn zoete vruchten proeven. Hij brengt mij in het wijnhuis, boven mij zijn vaandel van liefde. Verkwik me met rozijnen, verfris me met appels, want ik ben ziek van liefde. Mijn hoofd rust op zijn linkerarm, met zijn rechterarm omhelst hij mij.

0Shares
Lees meer ...

Hooglied 3:1-11

’s Nachts in mijn slaap zoek ik mijn lief. Ik zoek hem, maar ik vind hem niet. Laat ik opstaan, rondgaan in de stad, laat ik in de straten, op de pleinen, zoeken naar mijn allerliefste. Ik zoek hem, maar ik vind hem niet. De wachters vinden mij op hun ronde door de stad. ‘Hebben jullie mijn lief ook gezien?’ Nog maar nauwelijks ben ik hun voorbij of ik vind mijn lief.

0Shares
Lees meer ...

Hooglied 4:1-16

Hij. Je bent zo mooi, vriendin van mij, je bent zo mooi! Je ogen zijn duiven, door je sluier heen. Je haar golft als een kudde geiten die afdaalt van Gileads bergen. Je tanden zijn als witte schapen: klaar voor de scheerder komen ze twee aan twee uit het water, er ontbreekt er niet een. Als een koord van karmozijn zijn je lippen, je mond is betoverend. Als het rood van een granaatappel fonkelt je lach, door je sluier heen. Je hals is als de toren van David, die in ringen is gebouwd, die met schilden is behangen, met wel duizend schilden van helden. Je borsten zijn als kalfjes, als de tweeling van een gazelle, die tussen de lelies weidt.

0Shares
Lees meer ...
Page 76 of 323
1 74 75 76 77 78 323