Waarom schreeuw je nu? Heb je dan geen koning meer, of is je raadgever verdwenen, dat je ineenkrimpt van pijn, als in barensnood? Krimp ineen en schreeuw het uit, vrouwe Sion, krimp ineen als een vrouw die baren moet. Je zult de stad moeten verlaten en gaan leven op het veld. Je zult naar Babel gaan, en daar zul je worden bevrijd, uit de handen van je vijanden worden vrijgekocht door de HEER.
Nu lopen vele volken tegen je te hoop, ze zeggen:
‘Laat Sion maar worden ontwijd, wij zullen ervan genieten!’ Maar ze weten niet wat de HEER met ze voorheeft, ze hebben geen inzicht in Zijn besluit:
dat Hij ze verzameld heeft als graan op de dorsvloer. Vrouwe Sion, dors hen. Ik geef je een horen van ijzer en hoeven van brons, je zult die volken vertrappen. Wat ze hebben buitgemaakt zal voor de HEER zijn, aan de Heer van de hele aarde komt hun vermogen toe.
Kerf nu, krijgszuchtige vrouw, je lichaam open; onze muren worden belegerd, en hij die Israël leiden moet wordt met een staf in het gezicht geslagen.