De Israëlieten waren gevlucht, ieder naar zijn eigen woonplaats. In heel het land, bij alle stammen van Israël, was men druk aan het beraadslagen:

‘De koning heeft ons bevrijd uit de greep van onze vijanden; hij was het die ons heeft gered uit de handen van de Filistijnen. Nu is hij het land uit gevlucht voor Absalom. Maar Absalom, die wij tot koning hadden gezalfd, is in de strijd gesneuveld. Laten we daarom een daad stellen en de koning naar huis terughalen.’ De uitspraak van de Israëlieten kwam de koning ter ore. Daarop zond koning David het volgende bericht aan de priesters Sadok en Abjatar:

‘Zeg tegen de oudsten van Juda:

“Waarom zou u de laatsten zijn om de koning naar huis terug te halen? U bent mijn broeders, mijn vlees en bloed; waarom zou u de laatsten zijn om de koning terug te halen?” En tegen Amasa moet u zeggen:

“Bent u niet mijn vlees en bloed? Voortaan zult u mijn opperbevelhebber zijn in plaats van Joab, God is mijn getuige.”’ Op die manier won hij de Judeeërs als één man voor zich. Ze stuurden bericht naar de koning:

‘Keer terug, met al uw aanhangers.’

De koning begaf zich op de terugreis. Toen hij bij de Jordaan kwam, stonden de Judeeërs bij Gilgal klaar om de koning te verwelkomen en hem te begeleiden bij het oversteken van de rivier. Onder hen bevond zich de Benjaminiet Simi, de zoon van Gera, uit Bachurim. Haastig ging hij koning David tegemoet. Met hem waren duizend Benjaminieten meegekomen. Ook Siba, de dienaar van de familie van Saul, was erbij met zijn vijftien zonen en twintig knechten. Nog voor de koning de oever van de Jordaan had bereikt, renden zij de rivier in. Ze waadden door het water om de koning en zijn hofhouding naar de overkant te helpen en zo een goede indruk op hem te maken. Toen de koning op het punt stond om de Jordaan over te steken, viel Simi voor hem op zijn knieën en zei:

‘Mijn heer, vergeef me alstublieft wat ik u heb misdaan. Ik smeek u, vergeet dat ik me tegen u heb misdragen op de dag dat u wegging uit Jeruzalem, mijn heer en koning, en reken het me niet aan. Ik, uw dienaar, weet dat ik gezondigd heb. Daarom, mijn heer en koning, ben ik u vandaag als eerste van alle nakomelingen van Jozef tegemoet gekomen.’ 

Loading

Lees ook deze Berichten:

2 Samuel 24:15-25 De volkstelling 2

2 Samuel 19:42-44 Afgunst tussen Juda en Israël 1

2 Samuel 23:18-39 Davids helden 2

2 Samuel 1:17-27 David rouwt over Saul en Jonatan ...

2 Samuel 20:1-11 Afgunst tussen Juda en Israël 2

2 Samuel 1:1-16 David rouwt over Saul en Jonatan 1

2 Samuel 9:1-13 David en de zoon van Jonatan

2 Samuel 23:8-17 Davids helden 1

2 Samuel 10:1-12 Oorlog tegen de Ammonieten 1

2 Samuel 13:38-39-14:1-11 Absaloms terugkeer 1

2 Samuel 18:31-32-19:1-9 David rouwt over Absalom ...

2 Samuel 16:1-4 David vlucht uit Jeruzalem 3

2 Samuel 18:9-18 De dood van Absalom 3

2 Samuel 11:14-27 David en Batseba 2

2 Samuel 3:1-13 Abner onderhandelt met David en wo...

2 Samuel 17:15-23 David gewaarschuwd

2 Samuel 13:23-29 Absaloms wraak 1

2 Samuel 7:17-29 Toezeggingen over de voortzetting...

2 Samuel 23:1-7 Davids laatste woorden

2 Samuel 16:15-23 Krijgsraad bij Absalom 1

2 Samuel 14:25-33 Absaloms terugkeer 3

2 Samuel 21:15-22 Heldendaden tegen het reuzengesl...

2 Samuel 22:16-33 Het overwinningslied van David 2

2 Samuel 14:12-24 Absaloms terugkeer 2

2 Samuel 19:22-31 David keert terug naar Jeruzalem...

2 Samuel 6:12-23 De ark van God overgebracht naar ...

2 Samuel 22:1-15 Het overwinningslied van David 1

2 Samuel 22:34-51 Het overwinningslied van David 3

2 Samuel 13:1-12 Amnon en Tamar 1

2 Samuel 6:1-11 De ark van God overgebracht naar J...

2 Samuel 20:23-26 Davids ambtenaren

2 Samuel 3:28-39 Abner onderhandelt met David en w...

2 Samuel 12:26-31 Einde van de oorlog tegen de Amm...

2 Samuel 5:1-5 David tot koning van Israël gezalfd

2 Samuel 2:12-24 De slag bij Gibeon 1

2 Samuel 15:25-37 David vlucht uit Jeruzalem 2

2 Samuel 18:1-8 De dood van Absalom 2

2 Samuel 20:12-22 Afgunst tussen Juda en Israël 3

2 Samuel 2:25-32 De slag bij Gibeon 2

2 Samuel 15:1-12 Absalom grijpt naar de macht

2 Samuel 18:19-30 David rouwt over Absalom 1

2 Samuel 24:1-14 De volkstelling 1

2 Samuel 16:5-14 David vlucht uit Jeruzalem 4

2 Samuel 13:30-37 Absaloms wraak 2

2 Samuel 4:1-4 Isboset vermoord 1

2 Samuel 5:6-16 De inname van Jeruzalem

2 Samuel 3:14-27 Abner onderhandelt met David en w...

2 Samuel 5:17-25 Twee aanvallen van de Filistijnen...

2 Samuel 4:5-12 Isboset vermoord 2

2 Samuel 19:32-41 David keert terug naar Jeruzalem...

2 Samuel 12:1-12 David en Batseba 3

2 Samuel 12:13-25 David en Batseba 4

2 Samuel 10:13-19 Oorlog tegen de Ammonieten 2

2 Samuel 2:1-11 David gezalfd tot koning van Juda

2 Samuel 8:1-14 Davids overwinningen

2 Samuel 21:5-14 Het lot van de nakomelingen van S...

2 Samuel 17:1-14 Krijgsraad bij Absalom 2

2 Samuel 15:13-24 David vlucht uit Jeruzalem 1

2 Samuel 21:1-4 Het lot van de nakomelingen van Sa...

2 Samuel 11:1-13 David en Batseba 1

2 Samuel 17:24-29 De dood van Absalom 1

2 Samuel 8:15-18 Davids ambtenaren

2 Samuel 7:1-16 Toezeggingen over de voortzetting ...

2 Samuel 13:13-22 Amnon en Tamar 2

0Shares