De ram moet worden geslacht op de plaats in het heiligdom waar de dieren voor het reinigingsoffer en het brandoffer geslacht worden, want net als het reinigingsoffer is het hersteloffer bestemd voor de priester; het is allerheiligst. De priester strijkt wat van het bloed van het offerdier aan de rechteroorlel van degene aan wie de reiniging wordt voltrokken. Hij strijkt ook wat bloed op de duim van zijn rechterhand en op de grote teen van zijn rechtervoet. Daarna giet de priester een klein deel van de olie in zijn linkerhandpalm, doopt zijn rechterwijsvinger in de olie en sprenkelt met zijn vinger zevenmaal wat olie in de richting van de ontmoetingstent. Vervolgens strijkt hij wat van de olie die hij in zijn handpalm heeft uitgegoten aan de rechteroorlel van de persoon in kwestie, op de duim van zijn rechterhand en op de grote teen van zijn rechtervoet, over het bloed van het hersteloffer heen. Wat er nog aan olie in zijn hand over is, strijkt hij op diens hoofd. Zo voltrekt de priester voor hem ten overstaan van de HEER de verzoeningsrite. Vervolgens brengt de priester het reinigingsoffer en voltrekt zo voor degene die van zijn onreinheid moet worden gereinigd de verzoeningsrite. Daarna wordt het dier voor het brandoffer geslacht. Tot slot verbrandt de priester het graanoffer en het brandoffer op het altaar. Zo voltrekt de priester voor hem de verzoeningsrite en wordt hij weer rein.
Als de persoon in kwestie arm is en zich dit alles niet kan veroorloven, moet hij één jonge ram meenemen, die voor het voltrekken van de verzoeningsrite als hersteloffer omhoog moet worden geheven, een tiende efa tarwebloem vermengd met olijfolie als graanoffer, een maat olijfolie en twee tortelduiven of twee jonge gewone duiven – al naargelang hij zich kan veroorloven – één als reinigingsoffer en één als brandoffer. Hij brengt alles op de achtste dag van zijn reiniging naar de priester, bij de ingang van de ontmoetingstent. Daar, ten overstaan van de HEER, moet de priester de ram en de olie nemen en die ten overstaan van de HEER omhoogheffen.