Page 3 of 19
1 2 3 4 5 19

Jozua 9:1-13 List van de Chiwwieten 1

Toen de koningen ten westen van de Jordaan, die van het bergland, het heuvelland en het hele kustgebied bij de Grote Zee, tot aan de Libanon toe, van Israëls zegetocht hoorden, sloten ze een bondgenootschap. Zij, de koningen van de Hethieten, de Amorieten, de Kanaänieten, de Perizzieten, de Chiwwieten en de Jebusieten, besloten gezamenlijk tegen Jozua en Israël te strijden. Maar toen de Chiwwieten uit Gibeon te weten kwamen wat Jozua met Jericho en Ai had gedaan, namen ze hun toevlucht tot een list: een aantal van hen ging naar Jozua onder de dekmantel van een gezantschap. Ze bepakten hun ezels met versleten zadeltassen en oude, gebarsten wijnzakken en trokken opgelapte sandalen en afgedragen kleren aan.

0Shares
Lees meer ...

Jozua 9:14-27 List van de Chiwwieten 2

De stamhoofden van Israël namen toen wat van de proviand aan, maar ze verzuimden de HEER om raad te vragen. Jozua sloot een vredesverdrag met hen en beloofde hun dat hun leven zou worden gespaard. De stamhoofden bekrachtigden dit met een eed. Maar drie dagen nadat ze dit verdrag met hen gesloten hadden, ontdekten ze dat de Chiwwieten niet ver weg maar juist dichtbij woonden. De Israëlieten waren namelijk verder getrokken en na drie dagen bij hun steden gekomen: Gibeon, Kefira, Beërot en Kirjat-Jearim. Maar de Chiwwieten werden niet door hen gedood, omdat de stamhoofden hun dat bij de HEER, de God van Israël, hadden gezworen.

0Shares
Lees meer ...

Jozua 10:1-11 Slag bij Gibeon 1

Toen Adonisedek, de koning van Jeruzalem, hoorde dat Jozua Ai had ingenomen en alle inwoners had gedood, dat hij met Ai en de koning van die stad hetzelfde had gedaan als met Jericho en zijn koning, en dat de inwoners van Gibeon een vredesverdrag met Israël hadden gesloten en in hun midden woonden, toen werden hij en zijn volk doodsbang. Gibeon was namelijk even groot als de koningssteden, zelfs nog groter dan Ai, en de mannen die er woonden waren buitengewoon dapper. Koning Adonisedek stuurde boden naar Hoham, de koning van Hebron, Piram, de koning van Jarmut, Jafia, de koning van Lachis, en Debir, de koning van Eglon. Hij vroeg hun: ‘De inwoners van Gibeon hebben een vredesverdrag met Jozua en Israël gesloten.

0Shares
Lees meer ...

Jozua 10:12-25 Slag bij Gibeon 2

Want op die dag, de dag dat de HEER de Amorieten aan Israël overleverde, had Jozua gebeden tot de HEER. In aanwezigheid van Israël sprak hij: ‘Zon, sta stil boven Gibeon, Maan, blijf staan boven de vlakte van Ajjalon.’ En de Zon stond stil en de Maan bleef staan, tot Israël zijn vijanden had afgestraft. Dit staat opgetekend in het Boek van de Oprechte. De Zon bleef een volle dag boven aan de hemel staan voordat ze onderging. Het is voor noch na die dag ooit voorgekomen dat de HEER op die manier gehoor gaf aan de bede van een mens, maar de HEER streed dan ook voor Israël. Na deze overwinning keerde Jozua met het hele leger terug naar het kamp bij Gilgal.

0Shares
Lees meer ...

Jozua 10:29-43 Verovering van het zuiden

Vervolgens trok Jozua met het hele leger van Makkeda naar Libna. Hij viel Libna aan, en de HEER leverde ook die stad en haar koning aan Israël uit. Jozua doodde iedereen die er woonde, hij liet geen mens in leven. Met de koning van Libna deed hij hetzelfde als hij met de koning van Jericho had gedaan. Vervolgens trok Jozua met het leger van Libna naar Lachis. Hij sloeg het beleg voor die stad en viel haar aan. De HEER gaf Israël Lachis in handen; Jozua nam de stad in op de tweede dag van het beleg en hij doodde iedereen die er woonde, zoals hij in Libna had gedaan. Horam, de koning van Gezer, kwam Lachis te hulp, maar Jozua versloeg hem.

0Shares
Lees meer ...

Jozua 11:1-9 Verovering van het noorden 1

Toen Jabin, de koning van Hasor, van Israëls zegetocht hoorde, stuurde hij boden naar Jobab, de koning van Madon, naar de koningen van Simron en Achsaf en naar de overige koningen van het noorden: het bergland, de Jordaanvallei ten zuiden van het Meer van Kinneret, het heuvelland en het kustgebied van Dor in het westen. Het betrof de koningen van de Kanaänieten in het oosten en het westen, de Amorieten, de Hethieten, de Perizzieten, de Jebusieten in het bergland en de Chiwwieten aan de voet van de Hermon, in de streek van Mispa.

0Shares
Lees meer ...

Jozua 11:10-15 Verovering van het noorden 2

Op zijn terugtocht ging Jozua naar Hasor. Die stad was destijds de machtigste van al die koninkrijken en dus nam Jozua haar in en doodde hij de koning. Hij doodde bovendien alle inwoners. De Israëlieten brachten iedereen die er woonde om, geen mens uitgezonderd. Jozua liet Hasor in vlammen opgaan en daarna nam hij de steden van de andere koningen in.

0Shares
Lees meer ...

Jozua 11:16-23 Overzicht van de veroveringen

Zo veroverde Jozua het hele land: de bergen van Juda, de hele Negev, het hele gebied rond Gosen, het heuvelland, de Jordaanvallei en de bergen van Israël met hun uitlopers. Dit is het gebied vanaf de Kale Bergen, die oplopen naar Seïr, tot aan Baäl-Gad in de Libanonvallei aan de voet van het Hermongebergte. Jozua nam alle koningen gevangen en doodde hen zonder uitzondering. Hij voerde lange tijd oorlog tegen die koningen, want er was geen enkele stad die een vredesverdrag met de Israëlieten had gesloten, behalve Gibeon,

0Shares
Lees meer ...

Jozua 12:1-24 Lijst van verslagen koningen

De Israëlieten veroverden eerst het gebied ten oosten van de Jordaan, van het Arnondal tot aan het Hermongebergte met de oostkant van de Jordaanvallei. Ze versloegen de twee volgende koningen: Koning Sichon van de Amorieten, die in Chesbon zetelde. Hij heerste vanaf Aroër aan de rand van het Arnondal, beter gezegd, vanaf de middenloop van de Arnon, tot aan het dal van de Jabbok, dat de grens met het land van de Ammonieten vormde. Zijn gebied omvatte de ene helft van Gilead en dat deel van de Jordaanvallei dat zich vanaf de oostkant van het Meer van Kinneret uitstrekte tot aan de oostkant van de Zoutzee, ofwel de Dode Zee, tot aan Bet-Hajjesimot.

0Shares
Lees meer ...
Page 3 of 19
1 2 3 4 5 19