Page 3 of 7
1 2 3 4 5 7

Job 15:17-35 Elifaz’ tweede betoog 2

Nu zal ik spreken, luister naar mij, dit heb ik gezien en ik vertel het je. Dit is wat wijze mannen zeggen, wat door hun voorouders onthuld is, aan wie als enigen het land gegeven werd, vóór er vreemdelingen onder hen verkeerden. Een goddeloze brengt zijn dagen door in angst, een despoot zijn weinig jaren toegemeten. De stem van de verschrikking buldert in zijn oren, zelfs in tijd van voorspoed dreigt hem de verwoester. Voor hem geen hoop op terugkeer uit de duisternis, hij zal vallen door het zwaard. Hij dwaalt rond op zoek naar brood – waar is het?

0Shares
Lees meer ...

Job 16:1-22 Jobs antwoord op Elifaz’ tweede betoog 1

Hierop antwoordde Job: ‘Dit soort dingen heb ik al zo vaak gehoord, niets dan ellende brengt mij jullie troost. Een eindeloze stroom van lege woorden! Wat drijft jou ertoe zo tegen mij te spreken? Zaten jullie op mijn plaats, ik zou hetzelfde tegen jullie inbrengen; ik zou een lange redevoering houden, meewarig schuddend met mijn hoofd. Toch zou ik jullie moed inspreken, mijn woorden zouden mild en troostend zijn. Maar nu – niets verzacht mijn pijn wanneer ik spreek, en als ik zweeg, zou hij dan weggaan? Hij heeft mijn krachten uitgeput. U hebt al mijn naasten weggevaagd! U hebt mij aangetast, en dat spreekt tegen mij. Mijn ziekte teert mij uit, daarmee word ik aangeklaagd.

0Shares
Lees meer ...

Job 17:1-16 Jobs antwoord op Elifaz’ tweede betoog 2

Mijn geest is vernietigd, mijn levensdag gedoofd, mij wacht het graf. Ja, ik word bespot van alle kanten en ik moet hun beledigingen maar verdragen. God, stel U zelf borg voor mij, wie staat er anders voor mij in? U hebt het inzicht uit hun hart gebannen, U zult hen toch niet laten zegevieren? Wie zijn vrienden noodt om in zijn buit te delen, laat zijn kinderen versmachten van de honger. God maakt mij tot een schrikbeeld voor de mensen, in het gezicht zal men mij spuwen.

0Shares
Lees meer ...

Job 18:1-21 Bildads tweede betoog

Toen nam Bildad uit Suach het woord: ‘Wat een woorden! Zijn jullie nooit uitgesproken? Gebruik je verstand, dan kunnen we praten. Waarom worden wij beschouwd als onmondig vee, waarom doen jullie alsof wij onnozel zijn? Jij verscheurt jezelf in woede – wordt om jou de wereld dan dooreengeschud, wordt om jou één rots van zijn plaats getild? Nee, het licht van de goddeloze dooft, de gloed van zijn vuur vlamt niet meer op. In zijn huis wordt alles donker, het licht dat hem omringde dooft. Van zeker wordt zijn tred krampachtig, zijn boze opzet laat hem struikelen.

0Shares
Lees meer ...

Job 19:1-22 Jobs antwoord op Bildads tweede betoog 1

Hierop antwoordde Job: ‘Hoe lang blijven jullie mij nog pijnigen, hoe lang nog martelen met woorden? Keer op keer beschimpen jullie mij, is het geen schande mij zo te vernederen? Als ik werkelijk gedwaald heb, dan is het toch míjn dwaling? Als jullie werkelijk jezelf zoveel beter wanen en mijn vernedering terecht vinden, weet dan dat God zich tegen mij gekeerd heeft, dat Hij Zijn netten om mij samentrekt. Ik schreeuw: “Onrecht!” – maar krijg geen antwoord. Ik roep om hulp – maar vind geen recht. Mijn weg verspert Hij met een muur, de paden die ik ga hult Hij in duisternis.

0Shares
Lees meer ...

Job 20:1-15 Sofars tweede betoog 1

Toen nam Sofar uit Naäma het woord: ‘Ik ben verontrust en moet daarom wel antwoorden; tot in mijn binnenste ben ik gekwetst. Wat ik hoorde was een les in smaad; inzicht in het leven dwingt mij tot een antwoord. Weet je niet dat al sinds mensenheugenis, sinds de mens op aarde is gezet, het gejuich van goddelozen snel verklinkt en de vreugde van de misdadiger kortstondig is?

0Shares
Lees meer ...

Job 20:16-29 Sofars tweede betoog 2

Hij zuigt slangengif op, een slangentong zal hem ook doden. Nooit zal hij genieten van de overvloed, van rivieren die van room en honing stromen. Wat hij heeft verworven, spuugt hij uit, het smaakt hem niet, zoals ook zijn handel hem geen vreugde schenkt. Want hij heeft de armen onderdrukt en in de steek gelaten; hij heeft hun huis verwoest, hij heeft het niet gebouwd. Zijn binnenste is altijd rusteloos, niets van zijn kostbaarheden weet hij te bewaren.

0Shares
Lees meer ...

Job 21:1-16 Jobs antwoord op Sofars tweede betoog 1

Hierop antwoordde Job: ‘Luister nu goed naar mijn woorden, laat dat de troost zijn die jullie mij geven. Heb geduld met mij, terwijl ik spreek; als ik uitgesproken ben, kun je weer spotten. Is mijn aanklacht tegen een mens gericht? Waarom zou ik dan mijn geduld bewaren? Kijk naar mij en wees ontzet, en sla je hand voor je mond. Als ik aan dit alles denk, grijpt angst mij aan en siddert heel mijn lichaam.

0Shares
Lees meer ...

Job 21:17-34 Jobs antwoord op Sofars tweede betoog 2

Hoe zelden dooft de lamp van wie kwaad doet? Treft hem ooit de rampspoed die God de mensen in Zijn woede toebedeelt? Wordt hij weggeblazen als kaf in de wind? Wordt hij meegerukt als dorre aren in de storm? Of bewaart God de ellende voor Zijn kinderen? Laat Hij het aan hém vergelden, zodat hij het zelf voelt! Mogen zijn eigen ogen de ondergang aanschouwen, moge hij de woede van de Ontzagwekkende drinken! Waarom zou hij daar zijn familie mee bezwaren, wanneer het getal van zijn maanden al ten einde is?

0Shares
Lees meer ...
Page 3 of 7
1 2 3 4 5 7