Page 300 of 323
1 298 299 300 301 302 323

2 Kronieken 1:14-17 Salomo’s wijsheid en rijkdom 2

Salomo bracht wagens en paarden bijeen. Hij bezat veertienhonderd wagens en twaalfduizend paarden, die hij deels in Jeruzalem bij zich hield en deels onderbracht in garnizoenssteden verspreid over het land. Dankzij koning Salomo waren zilver en goud in Jeruzalem even gewoon als steen en was er aan cederhout net zo’n overvloed als aan wilde vijgenbomen in het heuvelland.

0Shares
Lees meer ...

2 Kronieken 1:18-2:1-9 Voorbereidingen voor de tempelbouw 1

Salomo besloot een tempel te bouwen voor de naam van de HEER, en een koninklijk paleis voor zichzelf. Hij beschikte over zeventigduizend sjouwers en tachtigduizend steenhouwers in het gebergte, die onder leiding stonden van zesendertighonderd opzichters. Hij stuurde afgezanten naar koning Churam van Tyrus met het volgende verzoek: ‘Indertijd hebt u mijn vader David cederhout geleverd voor de bouw van een paleis. Nu wil ik beginnen met de bouw van een tempel voor de naam van de HEER, mijn God. Die zal ik aan Hem wijden om Hem er reukoffers te brengen,

0Shares
Lees meer ...

2 Kronieken 2:10-17 Voorbereidingen voor de tempelbouw 2

Koning Churam van Tyrus stuurde Salomo een brief met het volgende antwoord: ‘Omdat de HEER Zijn volk liefheeft, heeft Hij u als koning over hen aangesteld.’ De brief vervolgde: ‘Geprezen zij de HEER, de God van Israël, de Schepper van hemel en aarde, die aan koning David een wijze zoon heeft gegeven die over verstand en inzicht beschikt en een tempel wil bouwen voor de HEER en een koninklijk paleis voor zichzelf. Ik stuur u hierbij iemand die over groot vakmanschap beschikt, meester Churam.

0Shares
Lees meer ...

2 Kronieken 3:1-9 Bouw en inrichting van de tempel 1

Toen begon Salomo met de bouw van de tempel voor de HEER, in Jeruzalem, op de berg Moria, waar zijn vader David een verschijning had gehad, op de dorsvloer van de Jebusiet Ornan die David als bouwplaats had aangewezen. Salomo begon met de bouw op de tweede dag van de tweede maand in het vierde jaar van zijn regering. Het grondplan dat Salomo bij de bouw van de tempel voor God volgde, mat zestig el in de lengte en twintig el in de breedte (volgens de oude maat).

0Shares
Lees meer ...

2 Kronieken 3:10-17 Bouw en inrichting van de tempel 2

Voor het allerheiligste liet Salomo twee cherubfiguren maken, die hij liet vergulden. Hun vleugels hadden een gezamenlijke lengte van twintig el. Elke cherub had twee vleugels van elk vijf el lang, waarvan één vleugel de wand raakte en de andere de vleugel van de andere cherub. Samen hadden hun vleugels dus een spanwijdte van twintig el.

0Shares
Lees meer ...

2 Kronieken 4:1-10 Bouw en inrichting van de tempel 3

Salomo liet een bronzen altaar maken van twintig el lang, twintig el breed en tien el hoog. Hij liet ook de Zee maken, een bekken van gegoten brons, vijf el hoog, met een middellijn van tien el en een omtrek van dertig el. Aan de onderkant was het omkranst met een band van tien el lang, die bestond uit twee rijen runderen, en die met het bekken was meegegoten. Het bekken rustte op twaalf runderen: drie met hun kop naar het noorden, drie met hun kop naar het westen, drie met hun kop naar het zuiden en drie met hun kop naar het oosten;

0Shares
Lees meer ...

2 Kronieken 4:11-22-5:1 Bouw en inrichting van de tempel 4

Churam maakte ook nog vuurbekkens, vuurscheppen en offerschalen, en daarmee was het werk dat koning Salomo hem voor de tempel van God had opgedragen voltooid. De twee zuilen met de twee bolvormige kapitelen erop, het vlechtwerk waarmee die kapitelen op de zuilen waren omhuld, de vierhonderd granaatappels die in twee rijen aan het vlechtwerk om de bolvormige kapitelen op elk van de zuilen hingen, de onderstellen met de spoelbekkens erop, de Zee, waarvan er maar één was, met de twaalf runderen eronder, en de vuurbekkens, vuurscheppen, drietandige vorken en alle bijbehorende voorwerpen die meester Churam in opdracht van koning Salomo voor de tempel van de HEER had gemaakt,

0Shares
Lees meer ...

2 Kronieken 5:2-10 De inwijding van de tempel 1

Daarna liet koning Salomo de oudsten van Israël en de stamhoofden, allen die aan het hoofd van een familie stonden, naar Jeruzalem komen om de ark van het verbond met de HEER over te brengen vanuit de Davidsburcht, de bergvesting op de Sion. Alle Israëlieten kwamen voor het feest in de zevende maand naar de koning. Toen alle oudsten van Israël aanwezig waren, namen de Levieten de ark op.

0Shares
Lees meer ...

2 Kronieken 6:1-14 De inwijding van de tempel 3

Toen sprak Salomo: ‘HEER, U hebt gezegd dat U in een donkere wolk wilde wonen. Welnu, ik heb voor U een vorstelijk huis gebouwd, dat voor altijd Uw woning kan zijn.’ Hierna keerde de koning zich om en zegende de gemeenschap van Israël. Toen iedereen was gaan staan, zei hij: ‘Geprezen zij de HEER, de God van Israël, die het niet bij woorden heeft gelaten maar Zijn belofte aan mijn vader David daadwerkelijk is nagekomen. Hij heeft gezegd: “Nooit, vanaf de dag dat Ik Mijn volk uit Egypte heb weggeleid, heb Ik een van de steden van Israëls stammen uitgekozen om er een tempel te laten bouwen waar Mijn naam zou wonen. En nooit heb Ik iemand aangewezen om als vorst over Mijn volk, Israël, te regeren.

1Shares
Lees meer ...
Page 300 of 323
1 298 299 300 301 302 323